Een stormvloed is een extra verhoging boven het astronomisch getij (eb en vloed). Stormvloed wordt ook wel een opzet genoemd. De verhoging hangt af van de windrichting en windkracht over de hele Noordzee. Een trechtervormige kustlijn kan de stormvloed nog verder verhogen. Ook een diepe zee en in mindere mate lage luchtdruk kunnen bijdragen aan een verhoging.
De zon en de maan bepalen het astronomisch getij. De maan staat het dichtst bij de aarde en oefent de grootste aantrekkingskracht uit op het water. Als zon en maan met de aarde op één lijn staan, is de aantrekkingskracht maximaal en spreekt men van springtij.
Tijdens springtij bereikt het water zijn hoogste stand. Komt hier een storm overheen dan komt het water nog hoger. Gemiddeld eens in de twee jaar hebben we een lage stormvloed, die de dijken gemakkelijk aankunnen. Gevaarlijker, maar ook zeldzamer, zijn middelbare (eens in de tien tot honderd jaar) en hoge stormvloeden (eens in de honderd tot duizend jaar).
De Watersnood van 1 februari 1953 was de enige hoge stormvloed in de twintigste eeuw. Bij Hoek van Holland werd 3.85 meter boven Normaal Amsterdams Peil (NAP) gemeten. Voor het astronomisch getij bedroeg dit 80 centimeter. De extra verhoging door de storm was dus 3.05 meter. Bij Vlissingen kwam het water tot +4.55 meter.
Recenter zijn de middelbare stormvloeden op 3 januari 1976 (bij Vlissingen +3.94 meter), 27 februari 1990 (+3.84 meter), 28 januari 1994 (+3.87 meter) en 9 november 2007 (+3.67 meter). Op 17 februari 1962 beleefde Delfzijl een middelbare stormvloed met in Noord-Duitsland uitgebreide overstromingen.
Uitsluitend langdurige, sterke noordwesterstormen hebben duidelijk effect op de waterstanden. De depressiekoers bepaalt de richting, sterkte en duur van de storm, de snelheid waarmee die passeert en de sterkte van de drukdalingen. Een traag passerende depressie, waarin de luchtdruk snel daalt en die in zuidoostelijke richting over het noorden van de Noordzee trekt, is het gevaarlijkst.
Het KNMI kan al in een vroeg stadium nauwkeurig bepalen of er een stormvloed in aantocht is door kerndruk en koers van de depressie. De windwaarschuwingen staan op teletekstpagina 710, de overige weerwaarschuwingen op teletekst pagina 713. De maritieme meteorologen in De Bilt geven de stormwaarschuwingen uit en berekenen de verwachte waterstanden voor de kust. Het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) waarschuwt voor stormvloeden. In het Watermanagementcentrum Nederland (WMCN) werken Rijkswaterstaat, de waterschappen en het KNMI samen.