Gedurende het gasjaar, dat loopt van 1 oktober tot en met 30 september, berekent het KNMI dagelijks uit temperatuur en windsnelheid het aantal graaddagen. Graaddagen zijn een maat voor de vraag naar aardgas. Ze zijn van belang om bijtijds de productie en invoer van gas op de gasvraag af te stemmen. De graaddagen in het onlangs afgesloten gasjaar 2021 bleven net onder het langjarige gemiddelde door de relatief zachte winter.
Hoe lager de temperatuur en hoe hoger de windsnelheid, des te groter de vraag naar aardgas voor verwarming. De vraag op een willekeurige dag wordt berekend met behulp van de effectieve temperatuur (Teff) die gelijk is aan T – (V/1,5), waarbij T de daggemiddelde temperatuur is en V de daggemiddelde windsnelheid uitgedrukt in meters per seconde, beide in De Bilt.
De vraag naar aardgas in een bepaalde periode wordt vervolgens geschat als de som van (14 -Teff) over de dagen dat Teff lager is dan 14 graden. Deze som noemen we graaddagen. Dagen met een effectieve temperatuur boven de 14 graden tellen dus niet mee, en hoe verder de effectieve temperatuur onder de 14 graden zakt, hoe sterker die dag meetelt.
Gedurende het gasjaar, dat loopt van 1 oktober tot en met 30 september, berekent het KNMI voor het Ministerie van Economische Zaken dagelijks twee verschillende graaddagen. De eerste is een maat voor de gasvraag in het lopende gasjaar tot nu toe en wordt berekend over de periode van 1 oktober jongstleden tot ‘vandaag’, gebaseerd op de dagelijks waargenomen effectieve temperatuur. De tweede is een maat voor de gasvraag in de rest van het lopende gasjaar en wordt berekend voor de periode van ‘vandaag’ tot en met 30 september, gebaseerd op de effectieve temperatuur per kalenderdag in de afgelopen 30 jaar – de klimatologie.
De figuur toont beide graaddagen in gasjaar 2021. Hoe steiler de helling, hoe groter de vraag naar gas. Gemiddeld over de afgelopen 30 jaar was de geschatte gasvraag het grootst tussen eind december en eind februari (steilste helling van de zwarte lijn), in gasjaar 2021 was de geschatte gasvraag het grootst tijdens de koude periode in de tweede week van februari 2021.
De som van de twee graaddagen (groene lijn) is het geschatte aantal graaddagen voor het hele gasjaar. Aan het begin van het gasjaar is deze gelijk aan de klimatologie (zwarte lijn), aan het einde volgt deze geheel uit de waarnemingen in het betreffende gasjaar (rode lijn). De groene lijn gaat omhoog in de tweede week van februari en in april 2021, toen het koud was voor de tijd van het jaar. Van november 2020 tot begin februari 2021 was het juist warm voor de tijd van het jaar, en gaat de groene lijn omlaag. De groene lijn eindigt iets lager dan hij begint: het aantal graaddagen in gasjaar 2021 (2260) was iets kleiner dan gemiddeld over de afgelopen 30 jaar (2332). De graaddagen vertonen door de opwarming van de aarde een dalende trend, maar uitschieters naar boven blijven mogelijk.
In het Limburgse Horst is een nieuw automatisch weerstation geïnstalleerd door het KNMI. De verwa...
20 november 2024 - Nieuwsbericht2024 wordt vrijwel zeker het warmste jaar ooit gemeten. Waar we vorig jaar nog net onder de 1,5 g...
19 november 2024 - KlimaatberichtIn slechts tien dagen tijd hebben vier tyfoons de Filipijnen getroffen. Dit is een unieke gebeurt...
19 november 2024 - NieuwsberichtDe herfst is in volle gang: de dagen worden snel korter en de bladeren vallen van de bomen. De te...
13 november 2024 - Klimaatbericht