Door klimaatverandering wordt het weer extremer. De kans op een zeer natte herfst zoals dit jaar neemt toe. Om veilig en fijn in Nederland te kunnen wonen, moeten we dijken, steden, huizen en ons land- en watergebruik aanpassen aan het weer van de toekomst. Dat heet klimaatadaptatie. Wist je dat dit al eeuwenlang zo gaat? Nederland is gevormd door onze geschiedenis met het water. Klimaatverandering, en andere grote maatschappelijke ontwikkelingen, vragen om een nieuw plan.
Nederland staat bekend als waterland. Dat komt doordat we aan zee liggen, doordat er grote rivieren zoals de Rijn en de Maas door ons land lopen, en doordat we deels onder het zeeniveau liggen. Dat laatste is mogelijk door de bescherming van duinen en dijken, en het netwerk van sloten en kanalen waarmee we regenwater of grondwater kunnen afvoeren. Het oer-Hollandse waterlandschap, met windmolens en slootjes, is dus een eerste vorm van klimaatadaptatie en waterbeheer.
In de laatste honderd jaar is er veel veranderd in ons waterbeheer. Deze veranderingen werden vaak in gang gezet door extreme weerssituaties of onze wens om een stuk nat land te benutten. De afbeelding geeft hiervan voorbeelden met een tijdslijn. Om ons te beschermen tegen hoogwater en overstromingen werden de Afsluitdijk en de Deltawerken gebouwd, en kregen rivieren meer ruimte voor afvoerpieken. Daarnaast hebben we in veel gebieden de grondwaterstand verlaagd om deze plekken beter geschikt te maken voor de bouw van woningen en voor de landbouw.
De aanpassingen uit het verleden hebben ons echter wel kwetsbaarder gemaakt voor de effecten van droogte. Tijdens droogtes hebben we nu, door de Afsluitdijk, een grote voorraad zoet water beschikbaar in het IJsselmeer. Maar over het algemeen zijn er meer maatregelen genomen om overstromingen tegen te gaan dan om ons weerbaar te maken bij droogte. Dit kwam ook naar voren in evaluaties van recente droge jaren: in 2018, 2019, 2020 en 2022 hadden de natuur, de landbouw, de binnenvaart en nog velen anderen last van de lage grondwaterstanden of het lage water in de rivieren.
De KNMI’23-klimaatscenario’s geven aan dat winters gemiddeld natter worden en zomers gemiddeld droger. Zonder veranderingen in ons landschap, ons waterbeheer en ons watergebruik neemt de kans op wateroverlast of watertekort dus toe. Nederland moet weer aan de slag: bouwen aan slim waterbeheer dat rekening houdt met droge én natte periodes.
Vanuit de hydrologie, de bodemkunde én de politiek is er een roep om ‘water en bodem’ meer leidend te laten zijn in de keuzes die we maken. Hiervoor moeten we terug naar de basis: in plaats van onze ‘wil’ opleggen aan het water en de bodem, zal het water en de bodem meer leidend moeten zijn in de keuzes die we maken voor Nederland. Bijvoorbeeld voor locaties van nieuwe woningen, of de gewassen die we telen. En, behalve voor de hoeveelheid water (te veel of te weinig) moet er ook aandacht zijn voor de kwaliteit van het water.
In het Limburgse Horst is een nieuw automatisch weerstation geïnstalleerd door het KNMI. De verwa...
20 november 2024 - Nieuwsbericht2024 wordt vrijwel zeker het warmste jaar ooit gemeten. Waar we vorig jaar nog net onder de 1,5 g...
19 november 2024 - KlimaatberichtIn slechts tien dagen tijd hebben vier tyfoons de Filipijnen getroffen. Dit is een unieke gebeurt...
19 november 2024 - NieuwsberichtDe herfst is in volle gang: de dagen worden snel korter en de bladeren vallen van de bomen. De te...
13 november 2024 - Klimaatbericht