De eerste officieel georganiseerde Elfstedentocht werd 2 januari 1909 gereden. In de twintigste eeuw vond de tocht 15 keer plaats.
De mogelijkheden om het weer te voorspellen zijn verbeterd. Door gebruik te maken van de weerscenario's van het KNMI hebben de organisatoren tegenwoordig betere mogelijkheden om een datum te plannen. Deze weerscenario's zijn gebaseerd op de berekeningen van het Europees Weercentrum ECMWF.
De laatste 100 jaar is het een paar keer voorgekomen dat de Elfstedentocht niet plaatsvond, terwijl het achteraf bekeken wellicht wel mogelijk was geweest. De verbeterde weersverwachtingen zorgen tegenwoordig voor minder twijfels.
Een Elfstedentocht wordt alleen verreden bij koude omstandigheden. Toch blijkt dat de weersomstandigheden tijdens de verschillende tochten zeer wisselend waren, zowel voor als tijdens de tocht. Dat levert ook grote variaties op in de kwaliteit van het ijs en dus de zwaarte van de tocht. Het KNMI, schaatsliefhebbers, en weeramateurs hielden het al die jaren nauwgezet bij.
De Elfstedentocht is 11 keer echt afgelast en verscheidene keren net niet doorgegaan. De laatste keer dat de tocht op het laatste moment werd afgelast was in 1961. Halverwege december ging het vriezen en daags na Kerst werd de tocht aangekondigd voor 30 december. Door plotselinge regen, storm en dooi - het werd bijna 10 graden - werd de tocht pas 's ochtends afgeblazen. Drieduizend deelnemers keerden teleurgesteld huiswaarts.
In de jaren tachtig en negentig kwam het er enkele keren bijna van. In januari 1982 zette na een flinke vorstperiode de dooi in met mist en regen. Ook in 1987 begon het erop te lijken, maar er waren een aantal knelpunten op de route die roet in het eten strooiden. In 1996 was de vereiste ijsdikte van gemiddeld 15 centimeter bereikt, maar de dooi lag op de loer. Het bestuur durfde het niet aan een tocht uit te schrijven. 2012 was de laatste keer dat de tocht heel dichtbij was. Toen bleek het ijs in het zuidwesten van Friesland toch te dun voor de tocht. Bovendien werd er betwijfeld of er nog voldoende ijs bij zou komen de dagen daarop.
Datum | Weersgesteldheid |
---|---|
2 januari 1909 | Lichte dooi en zacht ijs met veel plassen erop. De Bilt minimumtemperatuur +0,4 graden/maximumtemperatuur +3,8 graden. Op 1 januari noteerde De Bilt een minimum van -6,8 graden. |
7 februari 1912 | Sterke dooi, zacht ijs en regen: "na nachtelijke regen staat er wel een voet water op het ijs". Schrale troost is echter dat het ijs onder water voor de 22 toerrijders goed te berijden was. De Bilt minimum + 4,1 graden/maximum + 9,8 graden. Elfstedendag werd voorafgegaan door korte maar felle vorstperiode van 27 december t/m 6 januari met temperaturen tussen -14 en -20 graden. |
27 januari 1917 | Mooie tocht met lichte vorst en weinig wind. De Bilt minimum -8,1 graden/maximum -0,4 graden. Vorstperiode vanaf 21 januari met vanaf 1 februari strenge tot zeer strenge vorst en lange serie ijsdagen. Na de Elfstedentocht die 108 toerrijders probleemloos reden, kwam de winter pas goed op gang. |
12 februari 1929 | Barre tocht door strenge vorst (in de ochtend -14 graden, in de middag -6 graden) en meest matige wind, die de Siberische kou aanvoert. Hard ijs van matige tot slechte kwaliteit. De Bilt minimum -18,1 graden/maximum -6,7 graden De helft van de 206 toerrijders volbracht de tocht maar velen kwamen met bevroren ledematen over de finish. |
16 december 1933 | Prima weersomstandigheden tijdens de tocht met lichte vorst, veel zon en vrijwel windstil weer. Het ijs wordt door de 339 toerrijders, die vrijwel alle de tocht volbrachten, omschreven als goed tot uitstekend. Het is de vroegste gereden ooit en de enige in december. Alleen in december 1890 zou dat het ook mogelijk zijn geweest. De Bilt minimum -8,6 graden/maximum -0,6 graden. Tocht werd gereden na periode met matige tot strenge vorst van 3 t/m 17 december. |
30 januari 1940 | Zware tocht met veel sneeuw en stuifsneeuw op de route en heel koud door vorst en krachtige (snijdende) oostenwind. Velen geven het op: van de 2716 toerrijders gaan er maar 27 over de finish. De Bilt minimum -8,5 graden/maximum -3,7 graden. Vorstperiode was midden december al begonnen. |
6 februari 1941 | Redelijk goed is, lichte vorst en matige zuidoostenwind. De Bilt minimum -10,7 graden/maximum -4,1 graden. Elfstedentocht werd door de 1900 toerrijders nog net op tijd gereden, de dag daarna viel de dooi in. |
22 januari 1942 |
Zware tocht door strenge vorst en hard en glad ijs, maar wel met een stralende zon. In de ochtend vriest het zelfs zeer streng met -18 graden in Rottum. Veel van de deelnemers krijgen bevriezingsverschijnselen. Er waren 3862 toerrijders, waarvan er 3669 over de finish gingen. |
8 februari 1947 | Zware tocht door slecht ijs, strenge vorst en harde wind. Slechts 15% haalt de finish. In totaal waren er 1791 toerrijders waarvan er 270 de tocht uitreden. De Bilt minimum -12,5 graden/maximum -5,3 graden. Vorstperiode van een paar weken met matige tot strenge vorst. |
3 februari 1954 | Ideaal ijs, matige vorst, zonnig weer en weinig wind. De Bilt minimum -11,1 graden/maximum -0,1 graden. |
14 februari 1956 | Hobbelig ijs met veel scheuren, waardoor er veel valpartijen waren. Militairen werden ingezet om de baan vrij te maken van sneeuw en zand dat op het ijs was gewaaid. In totaal werd de tocht gereden door 259 wedstrijdrijders en 6070 toerrijders waarvan er 4739 over de finish gingen. De Bilt minimum -14,5 graden/maximum -1,7 graden. Koudste februari in de geschiedenis met veel sneeuw. Daags na de Elfstedentocht meldt de waarnemer in Lemmer een sneeuwdek van 35 cm. In Joure worden temperaturen van -23 graden gemeten. |
18 januari 1963 |
Bijzonder zware tocht door scheuren in het ijs. Bovendien bar koud door zeer strenge vorst, stormachtige wind (wind wakkerde in de loop van de dag aan, 's ochtends nog vrijwel windstil) en stuifsneeuw. Van de 58 wedstrijdrijders en 9294 toerrijders gingen er uiteindelijk slechts 69 over de eindstreep. |
21 februari 1985 | Vrij goed ijs maar wel dooi en water op het ijs. Van de 227 wedstrijdrijders en 16000 toerrijders gaan er 13.066 over de finish. De Bilt minimum -0,2 graden/maximum +2,0 graden. Vorstperiode van 9 t/m 19 februari met matige tot strenge vorst, maar ook in januari was het al koud. Er is meer dan een maand lang gespeculeerd over een op handen zijnde Elfstedentocht maar steeds niet door kon gaan door invallende dooi. |
26 februari 1986 | Hard en glad ijs met scheuren en zand op het ijs. Weinig wind, veel zon en matige vorst. Er waren 317 wedstrijdrijders en 16.999 toerrijders waarvan er 14.788 over de finish gingen. De Bilt minimum -10,4 graden/maximum -0,2 graden. Op 23 februari noteerde Joure -21,5 graden en er lag 2 tot 5 cm sneeuw in Friesland. Daags na de Elfstedentocht wakkerde de oostenwind flink aan en woei zand uit de Gronings-Drentse veenkoloniën richting Friesland waardoor het zicht terugliep tot 2 á 3 kilometer. |
4 januari 1997 | Zware tocht door sterke wind in combinatie met lichte tot matige vorst. Er waren 301 wedstrijdrijders en 16.387 toerrijders waarvan er 11.526 over de eindstreep gingen. De Bilt minimum -5,0 graden/maximum -2,9 graden. Leeuwarden minimum -5,6 graden/maximum -3,0 graden. Door de zeer zachte februari was de winter van 1997 ondanks de Elfstedentocht niet streng. De "onvoltooide" winter eindigde al op 12 januari. |
Bronnen:
Klaas Ybema. Wat een Weer! Kroniek van het weer in Friesland, 1901-2006. Friese Pers Boekerij, Leeuwarden, 2007.
Pieter de Groot, Henk van der Meulen en Willem Stegenga. De Elfstedentocht 1909-1997. Friese Pers Boekerij (ism de Leeuwarder Courant, Leeuwarden, 1997.