April is de derde zeer zonnige maand op rij geworden. Gemiddeld over het land scheen de zon 231 uren tegen 162 normaal. In De Bilt werden 228 zonuren geregistreerd tegen 158 normaal. Hiermee staat april 2003 op de vijfde plaats in de rij van zonnigste aprilmaanden sinds 1901. Op nummer één staat april 1942 met 259 zonuren. Zeer opvallend en uitzonderlijk is dat zowel februari als maart in De Bilt reeds als zonnigste sinds 1901 waren verlopen.
Vooral het midden van de maand was zonnig. Van 12 tot en met 18 april scheen de zon iedere dag vrijwel onbeperkt. De zon scheen in april het meest langs de westkust. Van de KNMI-stations was Hoek van Holland het zonnigst met 254 zonuren. In het zuiden werd de zon nog het meest gehinderd door wolken met in Arcen “slechts” ca. 213 zonuren. In De Bilt verliep geen enkele dag zonloos, in een normale aprilmaand laat de zon zich op drie dagen niet zien.
Het rustige, zonnige weer hadden we te danken aan de gunstige invloed van standvastige hogedrukgebieden. Alleen aan het begin en vooral aan het einde van de maand was het wisselvallig. Direct al op 1 april viel gemiddeld over het land 11 mm neerslag. Vanaf de 3e tot en met de 24e viel gemiddeld over het land slechts 3 mm neerslag. Dit lange droge tijdvak volgde op een gemiddeld droge februari en maart. Aan het einde van de maand viel regelmatig neerslag, op de 25e landelijk bezien zelfs 14 mm. Op die dag veroorzaakte de wind bovendien schade in Geldrop. Ook Koninginnedag verliep nat met landelijk bezien 6 mm neerslag.
Gemiddeld over het land viel in de gehele maand uiteindelijk 46 mm neerslag tegen 44 normaal. De minste neerslag viel in het noordwestelijk kustgebied. Op het KNMI-station De Kooy bij Den Helder werd 27 mm geregistreerd. In het Rivierengebied viel de meeste neerslag, Herwijnen noteerde 67 mm. In De Bilt viel 46 mm neerslag tegen 45 normaal.
Met een gemiddelde temperatuur in De Bilt van 9,9 °C tegen een langjarig gemiddelde van 8,3 °C was april zacht. De eerste 11 dagen van de maand verliepen koud. De landelijk laagste temperatuur, -7,9 °C, werd op 8 april in Hupsel gemeten. In De Bilt werden in april 10 vorstdagen genoteerd (dagen met een minimumtemperatuur van kleiner dan 0,0 °C), het langjarig gemiddelde bedraagt vier. Een dergelijk hoog aantal vorstdagen is sinds 1929 niet meer voorgekomen.
Daarna vertoonde de temperatuur een snelle stijging. Van 14 tot en met 18 april werd het in een groot deel van het land tot 20,0 °C of meer (warme dagen). In het zuidoosten van het land verliepen 15 en 16 april zelfs plaatselijk zomers warm (max. temperatuur tenminste 25,0 °C). De landelijk hoogste temperatuur, 26,1 °C, werd op 15 april in Volkel gemeten. Na 18 april bleef het meestentijds zacht met regelmatig temperaturen ruim boven de 20,0 °C. In De Bilt werden uiteindelijk acht warme dagen genoteerd, het normale aantal bedraagt twee.
Vorig jaar bedroeg in De Bilt de gemiddelde temperatuur 9,3 °C, het aantal uren zonneschijn 197 en de neerslagsom 49 mm.
Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1971 – 2000
De Bilt, 1 mei 2003, Rob Sluijter