Januari was in De Bilt een vrij koude maand met een gemiddelde temperatuur van 1,5 °C tegen 2.8 °C normaal. Daarmee was het de koudste maand sinds januari 1997.
Een groot deel van de maand werd het weer bepaald door hogedrukgebieden. Daarbij lag de temperatuur meest beneden het langjarige gemiddelde zonder dat er sprake was van een overtuigende vorstperiode inclusief sneeuw- en schaatsplezier. Wel was het weer meestal rustig en droog. Alleen in het tijdvak van 17 tot en met 21 januari was er sprake van wisselvallig en vrij zacht weer.
Het aantal vorstdagen (minimumtemperatuur lager dan 0,0 °C) bedroeg in De Bilt 22. Het langjarig gemiddelde bedraagt 13 vorstdagen. Toch ging het vaak slechts om lichte vorst. IJsdagen (maximumtemperatuur lager dan 0,0 °C) kwamen er niet voor, het normale aantal bedraagt er vier. In het oostelijk deel van het land werden lokaal 3 ijsdagen genoteerd.
De landelijk laagste temperatuur, -9,9 °C, werd gemeten op 29 januari in Nieuw Beerta. Tijdens het vrij zachte tijdvak werd op 20 januari de landelijk hoogste temperatuur in het zuiden van het land gemeten: 10,4 ° te Gilze Rijen en Eindhoven.
Januari was een zeer droge maand met landelijk gemiddeld 17 mm neerslag tegen normaal 69 mm. In De Bilt werd 15 mm geregistreerd tegen 67 mm normaal. Daarmee eindigde januari daar op de 3e plaats in de rij van droogste januarimaanden sinds 1901. Alleen januari 1997 en 1996 waren nog droger met 4, respectievelijk 7 mm neerslag.
De meeste neerslag, 27 mm, viel in Leeuwarden. De KNMI-stations Cabauw, Herwijnen en Eindhoven kwamen niet verder dan 12 mm.
Veel dagen verliepen onder regie van de hogedrukgebieden nagenoeg droog. Vrijwel de complete maandsom neerslag viel in het tijdvak van 17 tot en met 21 januari. De natste dag deze maand was 17 januari met landelijk bezien 6 mm neerslag.
Op 25 januari was het door ijzelvorming op uitgebreide schaal glad met talrijke ongevallen tot gevolg.
De maand was zeer zonnig met gemiddeld over het land 92 zonuren tegen normaal 52. Vooral het eerste deel van de maand liet grote regionale verschillen zien in het aantal zonuren. In het noorden van het land was op een aantal plaatsen de zon negen dagen lang, van 4 tot en met 12 januari, in haar geheel niet te zien. In dat zelfde tijdvak scheen de zon in het zuiden lokaal meer dan 35 uur.
Uiteindelijk was de maand in haar geheel in het zuidoosten het zonnigst. Het KNMI-station Maastricht registreerde 121 zonuren. Daarmee was het in Maastricht de zonnigste januari sinds het begin van de metingen aldaar in 1906. Het oude record stond op naam van januari 1996 met 89 uren. Ook op diverse andere plaatsen in het zuiden werden met ruim 100 zonuren nieuwe stationsrecords geboekt.
In De Bilt werden 89 zonuren geregistreerd tegen normaal 52, goed voor een achtste plaats in de rij van zonnigste januarimaanden sinds 1901. Het minst scheen de zon in Eelde : 66 uren.
Vorig jaar januai bedroeg in De Bilt de gemiddelde temperatuur 5,3 °C, het aantal uren zonneschijn 83 en de neerslagsom 53 mm.
Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1971-2000
De Bilt, 1 februari 2006 - /Sluijter