Juni 2019

Juni was extreem warm, nat en zeer zonnig

Warmste juni sinds 1901

Met een etmaalgemiddelde temperatuur van 18,1°C in De Bilt de was het de warmste junimaand sinds 1901.  In 1976 en 2017 had juni een gemiddelde temperatuur van 18,0°C.

Juni begon warm onder invloed van een hogedrukgebied boven Midden-Europa. Op 2 juni werd in de Bilt de eerste tropische dag van het zomerseizoen genoteerd. Daarna volgde onder invloed van storingen boven West-Europa een wisselvallige periode met temperaturen rond normaal die tot halverwege de maand duurde.  De laagste temperatuur deze maand werd bereikt op 7 juni op Terschelling: 5,6°C.

Daarna trok een hogedrukgebied via Duitsland naar Rusland en werd het zomers warm. De warmte werd vanaf de 19e enkele dagen onderbroken door een storing boven West-Europa, waarna de stroming zuidoostelijk werd en de temperatuur weer snel omhoog  ging. Op 25 juni werd het zeer warm met temperaturen tot rond 35°C in het oosten en zuidoosten. Deze temperaturen behoren bij de hoogste waarden gemeten in juni sinds 1901. De hoogste temperatuur deze maand, 36,5°C  werd op 25 juni gemeten in Hupsel. Opvallend waren ook de hoge minimumtemperaturen, die op 24 en 25 juni rond 20 °C lagen, normaal in juni is ongeveer 10°C. Daarna werd het door een noordelijke stroming vooral in het noorden en westen beduidend minder warm, maar de maand eindigde met een zuidelijke stroming opnieuw zeer warm met maxima boven 30°C

De maand telde in totaal 9 zomerse dagen (in De Bilt maximumtemperatuur 25,0°C of hoger), en 4 tropische dagen (in De Bilt maximumtemperatuur 30°C of hoger), tegen normaal respectievelijk vijf en één. In het zuidoosten waren er plaatselijk 17 zomerse en 6 tropische dagen.

Temperatuurverloop De Bilt
Temperatuurverloop De Bilt
Neerslag De Bilt
Neerslag De Bilt
Zonneschijnduur De Bilt
Zonneschijnduur De Bilt

Met gemiddeld over het land 82 mm neerslag tegen normaal 68 mm was de maand nat. De neerslag was ongelijk over het land verdeeld. In het oosten was het droger dan normaal: in de Achterhoek en Twente viel plaatselijk niet meer dan 25-30 mm. Het KNMI station met de minste neerslag was Hupsel, daar viel maar 28 mm neerslag. In De Bilt viel 121 mm tegen 66 mm normaal.  In het westen en midden viel ongeveer 2 keer zoveel neerslag dan normaal, met in Noord-Holland plaatselijk meer dan 150 mm.  Het natste KNMI-station was De Kooy met 140 mm.

De neerslagverdeling wijkt af van normaal. Normaal is in juni de kust droger dan het binnenland maar omdat de door storingen boven West-Europa veroorzaakte buien en regen deze maand vooral over het westen trokken, was het nu omgekeerd. De combinatie van een natte  en zonnige maand werd veroorzaakt doordat de neerslag vooral viel tijdens relatief kortdurende ( vaak zware) buien waardoor de neerslagduur kleiner dan normaal was. (Landelijk gemiddeld 28 uur tegen 42 uur normaal.)

De neerslag viel vrijwel geheel in de periode van 3 t/m 15 juni en rond 19 juni. Op 4 en 5 juni viel plaatselijk 20-40 mm neerslag tijdens onweersbuien.  Op 12 juni viel vooral in en rond het gebied van de grote rivieren 20-40 mm. Op 14 juni viel in het westen ongeveer 30 mm.  Nadat op 18 juni zeer lokale onweersbuien 20-30 mm neerslag brachten, viel in de namiddag van de 19e op meer plaatsen 30-50 mm tijdens onweersbuien. Op 4; 5; 7 juni (in vrijwel geheel Nederland) en 19 juni (Noord-Brabant) gaf het KNMI een code Oranje uit voor onweer met hagel en zware windstoten. In de avond van 4 juni werd plaatselijk flinke schade aangericht door zware windstoten.  Op 8 juni stond er aan de kust een stormachtige westenwind met in de kustprovincies zware windstoten.

Met gemiddeld over het land ongeveer 266 uren zon tegen 201 normaal was juni zeer zonnig. Tijdens de wisselvallige periode waren er meestal toch de nodige uren zon. De laatste week van de maand was zeer zonnig. Het minst zonnig was het in noordelijk kustgebied, met op Lauwersoog 247 uren zon, dit is bijzonder omdat de kust normaal de zonnigste regio in de zomer is. Dat het deze maand aan de kust juist minder zonnig was, kwam doordat de storingen tijdens de wisselvallige perioden vooral boven West-Europa lagen en in het westen  van Nederland voor meer bewolking zorgden dan in het oosten. In de laatste week van de maand waren er in het noorden vaak wolkenvelden terwijl het elders zonnig was. Het zonnigst was het in het oosten met in Twenthe 295 uren zon. In De Bilt scheen de zon 258 uur, tegen 194 uur normaal.

 

Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1981-2010

 

De Bilt, 29 juni 2019/Adrie Huiskamp.