Zomer 2019 (juni, juli, augustus)

Zeer warm, zeer zonnig en aan de droge kant

Extreme hitte in opnieuw een zeer warme zomer

Met in De Bilt een gemiddelde temperatuur van 18,4 °C tegen normaal 17,0 °C was de zomer zeer warm.  Sinds 1901 waren er slechts drie zomers warmer, de warmste zomer was die van 2018. Alle zomermaanden waren warmer dan normaal, met als uitschieter juni, die met 18,1°C de warmste juni was sinds 1901. De temperatuurafwijking ten opzichte van normaal was in het zuiden en oosten duidelijk groter dan aan de kust. De hitte in het oosten werd versterkt doordat het daar zeer droog was. Er waren drie extreem warme perioden: eind juni, eind juli en eind augustus. Tijdens de hitte in juli werd de hoogste temperatuur sinds het begin van de metingen in Nederland waargenomen: 40,7 °C in Gilze Rijen op 25 juli. Het oude record, 38,6 °C  van dateerde van 23 augustus 1944 in Warnsveld. Met een gemiddelde temperatuur van 18,4 °C  was ook augustus ruim warmer dan normaal (17,5 °C), waarbij het in de laatste week extreem warm was met een record-late landelijke Hittegolf.

Juni begon warm met in De Bilt op 2 juni de eerste tropische dag (maximumtemperatuur 30,0 °C of hoger) van het zomerseizoen. Daarna lag de temperatuur onder invloed van storingen boven West-Europa tot en met het midden van de maand rond normaal. Vervolgens werd het warm onder invloed van hogedrukgebieden boven Midden- en Oost-Europa. Het hoogtepunt van warmte lag op 25 juni, in Hupsel werd het toen 36,5°C. Ook de minima waren op 24 en 25 juni met ongeveer 20°C bijzonder hoog. Na een korte onderbreking als gevolg van noordelijke winden werd het aan het einde van de maand opnieuw zeer warm.

Tot en met 22  juli was het onder invloed van Oceaandepressies wisselvallig en lagen de temperaturen rond normaal. De laagste temperatuur van de zomer werd op 4 juli in Twenthe gemeten: 3,9 °C. Op 10 cm daalde de temperatuur daar zelfs tot -1,6°C.  Daarna werd onder invloed van een hogedrukgebied boven Oost-Europa met een zuidelijke stroming steeds warmere lucht aangevoerd.. Van 24 t/m 26 juli bevond Nederland zich in lucht die afkomstig was uit de Sahara. Er werden dan ook extreem hoge temperaturen gemeten, de hoogste sinds het begin van de waarnemingen. Op 24 juli werd het oude temperatuurrecord (Warnsveld ,38,6°C op 23 augustus 1944) in het zuiden verbroken. De volgende dag werd het op 8 stations in het zuiden en oosten warmer dan 40 graden, de hoogste temperatuur werd in Gilze Rijen gemeten, 40,7 °C. Op de 26e werd het in Volkel nog net iets warmer dan 40 graden, daarna werd het beduidend minder warm, het eerst in het zuiden. In het noordoosten bleef het tot en met de 28e nog tropisch warm. In de Bilt was er een Hittegolf van 6 dagen die eindigde op 27 juli. De etmaalgemiddelde temperatuur van juli kwam uit op 18,8 °C tegen 17,9 °C normaal.

De eerste tien dagen van augustus was het nog warmer dan normaal, vooral in het zuidoosten. Daarna werd het wisselvallig en vrij koel weer. De laatste tien dagen verliep grotendeels zeer warm met vanaf 22 augustus in het zuidoosten en vanaf de 23e in vrijwel heel Nederland ongeveer drie dagen achter elkaar tropische maxima. Van 23 t/m 28 augustus was er een landelijke Hittegolf, de tweede van deze zomer. Sinds het begin van de waarnemingen was er nog nooit zo laat in het seizoen een landelijke Hittegolf.

In totaal werden in De Bilt 73 warme dagen (maximumtemperatuur 20,0°C of hoger), 25 zomerse (maximumtemperatuur 25,0 °C of hoger) en 11 tropische dagen gemeten, tegen respectievelijk 60, 21 en 4 normaal. In het zuidoosten waren er plaatselijk 87 warme dagen, dus op slechts vijf dagen werd het daar geen 20 °C. In het oosten en zuidoosten waren er meer dan 40 zomerse dagen met een maximum van 50 in Arcen. In Hupsel werd het grootste aantal  tropische dagen geteld: 18.

 

De zomer was met gemiddeld over het land 184 mm regen aan de droge kant, het langjarige gemiddelde bedraagt 225 mm.  Door het vaak buiige karakter van de neerslag waren de neerslagsommen grillig verdeeld over het land. De meeste neerslag viel in het noordwesten, Leeuwarden kwam tot 261 mm. In het oosten was de zomer net als vorig jaar zeer droog, In Hupsel viel niet meer dan 123 mm.

Juni was een natte maand met gemiddeld 82 mm tegen 68 normaal. De neerslag was ongelijk over het land verdeeld. In het oosten was het droger dan normaal: in de Achterhoek en Twente viel plaatselijk niet meer dan 25-30 mm. In het westen en midden viel ongeveer twee keer zoveel neerslag dan normaal, met in Noord-Holland plaatselijk meer dan 150 mm. Het natste KNMI-station was De Kooy met 140 mm.

Juli was droog: er viel landelijk gemiddeld 44 tegen 78 mm normaal. In Groningen viel plaatselijk maar 15 mm, in het zuidwesten en midden was het grootschalig gezien het minst droog met plaatselijk 80 mm. Op het KNMI neerslagstation Steenwijksmoer in het zuiden van Drenthe viel tijdens een onweersbui op 12 juli in korte tijd maar liefst 133 mm, de maandsom was daar 157 mm. Ook in delen van Utrecht en Flevoland viel die dag veel regen, soms tot 80 mm in korte tijd, wat leidde tot wateroverlast.

Augustus was aan de droge kant. Er viel landelijk gemiddeld 59 mm, het  langjarig gemiddelde bedraagt voor die maand 78 mm. Het noordwesten was duidelijk natter dan het zuiden.  Tot en met 20 augustus was het wisselvallig onder invloed van storingen in onze omgeving, tijdens buien viel  plaatselijk 20-40 mm terwijl het elders droog bleef. De hete periode vanaf 20 augustus verliep eerst droog, bij de overgang naar minder warm weer waren er enkele onweersbuien.

In totaal werden deze zomer drie dagen geteld met op tenminste één KNMI-neerslagstation 50 mm regen of meer. Het normale aantal bedraagt zeven. Op dergelijke dagen ontstaat vaak lokaal wateroverlast.

 

De zomer was zeer zonnig met gemiddeld over het land  756 zonuren tegen 608 uren normaal. Het zonnigst was het in het in De Kooy met ongeveer 785 uur zon, het minst zonnig was het in noorden met ongeveer 715 uur. Het station met het minste aantal zonuren was Lauwersoog met 701 uur. Juni was een zeer zonnige maand met 266 zonuren tegen normaal 201. Juli was met landelijk gemiddeld 236 uur (normaal 212 uur) wat zonniger dan normaal. In augustus lag het aantal zonuren met 248 uur ook ruim boven het normale aantal uren.

 

Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1981-2010. 
De Bilt, 3 september 2019/Adrie Huiskamp.