Met een gemiddelde temperatuur van 3,9°C tegen 3,6°C normaal was januari aan de zachte kant. De maand kende echter meerdere gezichten en de verschillen waren soms groot.
Januari 2024 begon zoals december vorig jaar eindigde; zeer zacht en nat. Stormdepressies Geraldine en Henk trokken net noord van ons land oostwaarts, waardoor we in (zeer) zachte lucht verbleven met maximumtemperaturen van 9-13°C. Met 5-8°C bleef het ook in de nachten zacht. Ondertussen viel er veel regen en in de nacht van 3 januari gold er in het noordwestelijk kustgebied code oranje voor zeer zware windstoten (door storm Henk). Nadat een volgend lagedrukgebied een zuidelijkere koers volgde, draaide de stroming naar noord en stroomde er geleidelijk minder zachte lucht binnen.
Op 6 januari werd de stroming noordoostelijk onder invloed van een hogedrukgebied boven Scandinavië en stroomde er koude lucht binnen. Op 7 januari passeerde er een buienstoring, met in het noordoosten en plaatselijk ook in het oosten (natte) sneeuw. Daarna werd het droog en klaarde het op; het begin van een droge, zonnige en koude periode die tot en met de 11e zou duren. De middagtemperaturen lagen rond het vriespunt en ‘s nachts vroor het landinwaarts matig (lager dan -5,0°C).
Ondertussen bouwde zich een krachtig hogedrukgebied op boven Groot-Brittannië, waardoor de stroming naar west tot noordwest draaide en er geleidelijk minder koude lucht werd aangevoerd. De temperatuur steeg naar 4-6°C overdag en in de nacht vroor het nauwelijks meer. In de vochtige lucht overheerste de bewolking en soms viel er lichte regen of motregen, in het (zuid)oosten ijzelde het plaatselijk licht (code oranje). Daarna verplaatste het hogedrukgebied zich naar Groenland, waardoor er een langgerekte noord- tot noordwestelijke stroming ontstond en er van oorsprong arctische lucht vanuit het poolgebied op transport ging.
In de avond van 13 januari bereikte het koufront met daarachter de koude lucht ons land, in de nacht en ochtend van de 14e gevolgd door talrijke winterse buien. Ook op 15 en 16 januari vielen er buien met hagel en sneeuw, waardoor zich plaatselijk een sneeuwdek vormde. In de middag lagen de temperaturen enkele graden boven nul, in de nachten vroor het licht en in het zuidoosten ook matig. Op de 17e kwam de temperatuur in de oostelijke helft niet boven nul.
Later op 17 januari passeerde lagedrukgebied Irene ten zuiden van ons land, waardoor het in Limburg langdurige sneeuwde. Uiteindelijk ontstond er een sneeuwdek van 5-10 cm, in de Limburgse heuvels 15-20 cm. In Ell kwam het boven de verse sneeuw in de nacht van 18 januari met -10,4°C tot strenge vorst (lager dan -10,0°C), de laagste temperatuur van deze maand. Overdag vielen er ook elders sneeuwbuien waardoor het op meer plaatsen wit werd. Met maximumtemperaturen van 3-5°C dooide de sneeuw in de dagen daarna geleidelijk weer weg. In de nachten bleef het wel vriezen.
Enkele dagen later, op 21 januari, kwam er een abrupt einde aan het winterweer en stroomde er met een krachtige zuidwestelijke stroming zeer zachte lucht binnen. De veroorzaker, stormdepressie Isha, trok naar Ierland en Schotland maar veroorzaakte een dag later ook bij ons veel wind. In Noord-Holland en het Waddengebied gaven we code oranje uit vanwege zeer zware windstoten. Ook de dagen daarna was het herfstachtig en zeer zacht, met dagelijks regen en middagtemperaturen van 10-13°C. Op de 24e zorgde stormdepressie Jocelyn opnieuw voor veel wind en werd in Arcen met 13,8°C de hoogste temperatuur van de maand bereikt.
Op 27 januari maakte een hogedrukgebied nabij onze omgeving een einde aan het wisselvallige weer en werd het zonnig en droog. Bij weinig wind en temperaturen van rond de 10°C voelde het soms lenteachtig aan. Later kwam er weer meer bewolking maar het bleef overwegend droog en zacht, al koelde het in de nachten eerst nog wel flink af met landinwaarts plaatselijk lichte vorst.
Januari kende in de Bilt 14 vorstdagen (minimumtemperatuur lager dan 0,0°C), twee meer dan normaal. Vier nachten kwam het ook tot matige vorst (ongeveer het normale aantal). In het oosten lag het aantal vorstdagen iets hoger (16 dagen), in het westen beduidend lager (5-7 dagen) en in het Limburgse Ell kwam het 9 keer tot matige vorst. Dit was ook het enige station met strenge vorst, op 18 januari. IJsdagen waren er niet in De Bilt, net als in de kustgebieden. Normaal zijn dat er 2 a 3. Elders bleef de temperatuur op tenminste één dag de hele dag onder nul. In het oosten telde januari 3-5 ijsdagen.
Met gemiddeld over het land (op basis van de automatische weerstations) 82 millimeter neerslag tegen 68 millimeter normaal, was januari een natte maand en tevens de vierde natte maand op een rij. Opmerkelijk genoeg viel het overgrote deel van de neerslag (52 millimeter gemiddeld) gedurende de eerste vijf dagen van de maand. Met name 2 januari was erg nat, met in het hele land 15-25 millimeter en in het noordoosten meer dan 30 millimeter. Daarna waren er nog maar weinig echt natte dagen. In De Bilt waren er 13 droge dagen (inclusief '<0,01 mm'), normaal zijn dat er 9.
Het natst was het deze maand in het midden en noorden van het land, met plaatselijk meer dan 120 millimeter. Deelen was met 101 millimeter het natste automatische weerstation. Het minst nat was het met ca. 70 millimeter in het uiterste oosten en zuidoosten, met in Hupsel ‘slechts’ 61 millimeter. In De Bilt viel 95 millimeter, ca. 25 millimeter meer dan normaal.
Ondanks het algehele natte karakter was januari ook een zonnige maand, met landelijk gemiddeld 86 zonuren tegen 68 zonuren normaal. De eerste week was somber en ook rond de maandhelft scheen de zon erg weinig, met in De Bilt zeven sombere (zonloze) dagen. Daar tegenover stonden drie zonnige perioden; rond de 10e, rond de 19e en van 22 t/m 29 januari. De zon scheen het minst in het oosten en uiterste noordwesten, met op het KNMI-weerstation in De Kooy 79 zonuren. Het zonnigst was het in het zuiden, met in Ell 94 zonuren.
Normaal = het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1991-2020.
KNMI Weer- en klimaatdiensten, 6 februari 2024. Yorick de Wijs. Definitief overzicht.