Lente 2024 (maart, april, mei)

Recordwarm, zeer nat en somber

Temperatuurverloop

Warmste lente sinds het begin van de metingen

Met een gemiddelde temperatuur van 11,8 °C tegen een langjarig gemiddelde van 9,9 °C was de lente de warmste sinds het begin van de metingen. Het oude record van 11,7 °C dateert van 2007.  Alle maanden waren ruim te warm. Maart was recordwarm met een gemiddelde temperatuur van 9,0 °C tegen normaal 6,5 °C.  In april was de afwijking het kleinst, 10,8 °C tegen normaal 9,8 °C. Mei was één van de warmste meimaanden sinds het begin van de metingen met een gemiddelde van 15,5 °C tegen normaal 13,4 °C.

Laagste temperatuur -3,5 °C in Wijk aan Zee

De laagste temperatuur van de lente werd pas in april gemeten. Op 23 april vroor het in Wijk aan Zee 3,5 °C. Dit station ligt in de duinen, waar het bij helder weer met weinig wind sterk kan afkoelen.  De eerste warme dag (maximumtemperatuur van 20,0 °C of hoger)  in De Bilt werd op 6 april gemeten. De eerste zomerse dag (maximumtemperatuur van 25,0 °C of hoger)  viel op 2 mei. Langjarig gemiddeld valt de eerste zomerse dag rond 13 mei. De hoogste temperatuur van dit voorjaar, 28,5 °C , werd op 14 mei in Marknesse gemeten.

1 vorstdag, 19 warme dagen, 3 zomerse dagen

In totaal telde de lente één vorstdag (minimumtemperatuur onder 0,0 °C), op 23 april, negentien warme dagen en drie zomerse dagen. Normaal zijn dit er respectievelijk twaalf, zeventien en vier. In het oosten vroor het in 6 of 7 etmalen, in Woensdrecht in 8 etmalen. In het oosten waren er 22-24 warme dagen en 5-7 zomerse dagen.

Neerslag

Zeer natte lente

De lente was zeer nat met gemiddeld over het land 256 millimeter neerslag tegen een langjarig gemiddelde van 148 millimeter. Hiermee is de lente van 2024 één van de natste sinds. 1906, in 1983 viel 273 millimeter In De Bilt viel 296 millimeter. Alleen in 1979 viel meer, 310 millimeter.  In het zuiden viel plaatselijk meer dan 300 millimeter, ongeveer twee keer zo veel als normaal. Het minst nat was het op Terschelling, daar viel 187 millimeter. (Normaal 124 millimeter)

Maart droog, april zeer nat, mei recordnat

Maart was droog met landelijk gemiddeld 46 millimeter tegen 53 millimeter normaal. April was met gemiddeld 82 mm de op twee na natste aprilmaand sinds het begin van de metingen, normaal valt 40 mm.  Mei was de natste meimaand sinds het begin van de metingen met gemiddeld 127 millimeter neerslag tegen 55 millimeter normaal. In 1983 viel landelijk gemiddeld 115 mm. In het zuiden viel plaatselijk meer dan 200 mm. In mei zorgden zware buien plaatselijk voor wateroverlast.

Meeste neerslag in Beek, minste in Terschelling-Hoorn

De meeste neerslag viel deze lente in Beek, 329 mm (normaal 153 mm). Het minst nat was het in Terschelling-Hoorn met 176 mm (normaal 124 mm).

Zonneschijn

De lente was met over het land gemiddeld 504 uren zon somber. Het langjarig gemiddelde is 567 uur. Alle maanden brachten minder zonneschijn dan normaal. Maart was vrij somber met 126 uren zon tegen 145 uur normaal. In april scheen de zon 167 uur zon tegen 195 uur normaal en mei was ook wat somberder dan normaal met 212 uur tegen normaal 225 uur.

Zonnigst in De Kooy, somberst in Beek

Het zonnigst was het in De Kooy met 572 uren zon (normaal 617 uur). Het somberst was het in Arcen met 431 uren zon (normaal 528 uur). In De Bilt scheen de zon 491 uur tegen 546 uur normaal.

Normaal = het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1991-2020

De Bilt, 10 juni  2024 / Adrie Huiskamp.