Oktober was een zachte maand, met een gemiddelde temperatuur van 12.1°C tegen een langjarig gemiddelde van 10.9°C. Daarmee was het de derde te warme/zachte maand op een rij, na een iets koelere julimaand.
Door de passage van een lagedrukgebied kende de maand een natte en kille start. Vanaf 3 oktober zorgde een hogedrukgebied in onze omgeving echter voor een overgang naar rustig, zonnig en droog weer. De middagtemperaturen liepen op naar ruim 15°C maar in de nachten koelde het juist flink af, met op 4 en 5 oktober landinwaarts minimumtemperaturen van net boven het vriespunt. Aan de grond kwam het wel tot vorst; in Eindhoven daalde de 10 cm-temperatuur op de 5e zelfs tot -3.1°C.
Op 6 oktober kwamen we onder invloed van een omvangrijk lagedrukgebied boven de Atlantische Oceaan. De bijbehorende fronten zorgden al snel voor meer bewolking en geleidelijk ook regen en buien. Doordat de stroming bij ons naar zuid draaide, werd er geleidelijk zachte lucht aangevoerd. Op 7 en 8 oktober werd het landinwaarts net geen 20°C en de minima lagen tussen de 12 en 15°C.
De dagen daarna zorgden de restanten van orkaan Kirk voor veel regen in Zuid- en Centraal Europa, het zuidoosten van ons land kreeg te maken met een schampschot hiervan. Daarna bleven storingen actief boven de Noordzee, met dagelijks regen of buien en weinig zon. Met maximumtemperaturen van ca. 13°C was het tevens koel.
Op 13 oktober voerde een krachtige noordwestelijke stroming vrij koude maritiem polaire lucht aan, hetgeen gepaard ging met zware windstoten in het noordwestelijke kustgebied. Buien en zonnige perioden wisselden elkaar af, terwijl de temperatuur nog een stapje terug deed. Op de 14e kwam de temperatuur in het zuiden niet boven de 10°C. De passage van een trekrug zorgde in de nacht naar 15 oktober voor weinig wind en opklaringen, waardoor het flink afkoelde en de temperatuur in Eelde voor het eerst dit jaar onder het vriespunt dook; met -0,8°C.
De tweede maandhelft begon warm aan de oostflank van een lagedrukgebied boven de Atlantische Oceaan. Een zuidoostenwind voerde continentaal tropische lucht aan, waarin het landinwaarts met maximumtemperaturen tussen de 20 en 22°C tot een drietal warme dagen kwam (normaal is ca. 15°C). In het noordwesten bleef de temperatuur iets achter. Met minima tussen de 12 en 14°C bleef het ook ‘s nachts zacht. Aanvankelijk scheen de zon, later zorgde een golvend koufront voor bewolking en soms wat regen. In de nacht ontstond er plaatselijk dichte mist.
Op 20 en 21 oktober trok er actieve stormdepressie (Ashley) noordoostwaarts over Schotland. De bijbehorende frontale zone zorgde bij ons voor bewolkt en regenachtig weer. In een zuid- tot zuidwestelijke stroming bleef het echter zacht, met middagtemperaturen tussen de 15 en 18°C en aanhoudend hoge minimumtemperaturen.
Op de 22e stabiliseerde het weer onder invloed van een hogedrukgebied en werd het zonnig en droog. Wel was het soms mistig in de nacht en vroege ochtend. Op 24 oktober trok het hoog oostwaarts weg, waardoor de stroming bij ons zuidelijk werd en warme lucht op transport kwam. Er volgde twee (zeer) warme dagen, met temperaturen tussen de 18 en 22°C, in Maastricht werd op 26 oktober met 23,0°C de hoogste temperatuur van de maand bereikt (normaal is ca. 13°C). De passage van een koufront zorgde op de 27e voor enige afkoeling.
De laatste dagen van de maand verliepen veelal grijs en druilerig, met in de nacht en ochtend soms mist. Gemiddelde genomen was het zacht, al kwam dat vooral door de hoge minimumtemperaturen.
Oktober telde in De Bilt twee warme dagen (20°C of meer) en dat is ongeveer gelijk aan het langjarig gemiddelde. Er kwamen geen zomers (of tropische) dagen voor, conform de klimatologie. In De Bilt kwam het helemaal niet tot vorst, ook niet op 10 cm, normaal gebeurd dat wel (gemiddeld één keer, aan de grond gemiddeld 3 à 4 keer). In de oostelijke helft vroor het ca. 5 nachten aan de grond.
Met landelijk gemiddeld 52 millimeter neerslag, tegen een langjarig gemiddelde van 75 millimeter, was oktober een droge maand. Door de natte laatste dag van september ligt het gemiddelde maandtotaal onder de neerslagstations een stuk hoger, maar dat geeft een vertekend beeld. Het minst nat was het in het noorden en zuidwesten met 30-40 mm, met in Cabauw slechts 28 mm. Elders viel er zo’n 50-60 mm en in Zuid-Limburg, Noord-Holland en de Achterhoek viel er plaatselijk meer dan 100 mm, ruim boven het klimatologische gemiddelde. Maastricht was het natste KNMI-station met 96 mm. In De Bilt viel 43 mm.
Er waren drie (meest) droge perioden; van 3 t/m 6 oktober, 14-16 oktober en van 23 t/m 26 oktober. De maand telde met verspreid over het land 10-16 droge dagen dan ook meer droge dagen dan normaal (10-12 dagen). Landelijk natte dagen waren er nauwelijks, wel viel er op de eerste dag van de maand in het midden 10-15 mm en op 21 oktober zorgde een golvend koufront voor 5-15 mm. De meest markante situatie was de langdurige regenval in het (uiterste) zuidoosten op de 9e, met in Zuid-Limburg 30-50 mm (code geel).
De zon scheen in oktober iets meer dan het klimatologische gemiddelde, met gemiddeld over het land 126 uren zon tegen 120 zonuren normaal. De hoeveelheid zonneschijn was relatief ongelijk verdeeld over het land; zo was het in het noordwestelijk kustgebied met ruim 130 zonuren zonniger dan gemiddeld terwijl het met ca. 105 zonuren juist relatief somber was in het zuidoosten. In De Bilt scheen de zon 124 uur, iets meer dan het klimatologische gemiddelde van 119 zonuren.
De maand kende twee (zeer) zonnige perioden; van 3 t/m 7 oktober en van 22 t/m 27 oktober. Ook 11 en 15 oktober waren op de meeste plaatsen zonnig. De eerste twee dagen van de maand, de periode van 17 t/m 21 oktober en de laatste dagen van de maand waren juist vrij somber. Landinwaarts telde oktober ongeveer het normale aantal sombere (zonloze) dagen, met 4-6 dagen, aan de kust waren het er duidelijk minder (ca. 2 dagen).
Normaal=het langjarig gemiddelde over het tijdvak 1991-2020
De Bilt, 31 oktober 2024, Yorick de Wijs (voorlopig overzicht)