De eerste dagen van mei waren niet alleen uitzonderlijk warm maar ook de relatieve vochtigheid was zeer laag. Op 10 mei registeerde het KNMI in De Bilt 20%, voor mei is dat de laagste vochtigheidswaarde in ruim honderd jaar.
Arcen en Eindhoven noteerden op 10 mei zelfs 17%. In de top tien van het jaar staat de 10e mei op de zevende plaats. De laagste relatieve vochtigheid ooit in De Bilt gemeten is 8% op 9 maart 1964. In de zomers van 1975 en 1976 en het voorjaar van 1953 zijn waarden gemeten van 18%. Op 8 mei werd in De Bilt minimaal 22% gemeten, op 11 mei 25%. Zo'n lage vochtigheidwaarde blijkt niet alleen uit de aflezingen van de hygrometer, maar is ook te herkennen aan de diep blauwe kleur van de lucht. Als er meer vocht of stof in de lucht zit wordt de blauwe kleur fletser.
Warmterecord geëvenaaard
De eerste decade van mei heeft ook het warmterecord geëvenaard. In De Bilt kwam de gemiddelde temperatuur uit op 16,9 graden net als in 1990 dat het record op zijn naam heeft staan. Het langjarig gemiddelde over dit tijdvak bedraagt 11,4 graden.
Het is dus aanzienlijk warmer dan normaal. Op de tweede plaats van de warmte top tien staat de eerste decade van mei 2000 met gemiddeld 16,5 graden, op de derde plaats mei 1976 toen de eerste tien dagen een gemiddelde van 14,8 graden opleverden.
De Bilt heeft inmiddels 6 zomerse dagen gehad met een maximumtemperatuur van 25,0 graden of warmer. De hoogste temperaturen zijn echter aan de kust gemeten. Op 4 mei meldde Wijk aan Zee een maximum van 27,9 graden. Zeeland trof het de afgelopen dagen wat minder geluk met meer bewolking en ook wat regen. Een zeewind die ontstaat door de grote verschillen in temperatuur tussen het nog koude zeewater en het warme binnenland zorgt aan zee soms voor verkoeling.
IJsheiligenzomer
Al met al is het genieten en dat terwijl de IJsheiligen nu op de kalender verschijnen. De IJsheiligen, St. Mamertus, St. Pankratius, St. Servatius en St. Bonifacius die hun naamdagen vieren van 11 tot en met 14 mei, staan bekend om de relatief grote kans op vorst aan de grond, waarbij de bloeiende natuur schade kan oplopen. Na de IJsheiligen wordt de kans op vorst een stuk kleiner. Maar dit jaar laten de IJsheiligen het dus afweten en kunnen we beter spreken van een IJsheiligenzomer. Net als in 1998 toen de periode van 9-15 mei een reeks van zeven zomerse dagen opleverde met op 11 en 12 mei in De Bilt recordtemperaturen van resp. 30,3 en 32,0 graden..
Hooikoorts en stuifmeel
Voor hooikoortsopatiënten is het fraaie weer minder prettig. De hoeveelheid stuifmeel die de klachten kan veroorzaken is zelfs uitzonderlijk groot. De satellietopname van de Meteosat MSG laat zien dat de lucht in grote delen van noord en centraal Europa bijzonder veel stuifmeel bevat. In Denemarken is zelfs sprake van een record sinds hier in 1977 het stuifmeel wordt gemeten. Na de lange vrij koude winter is de natuur door het warme weer explosief in bloei geraakt en zijn er vooral veel berkenpollen in de lucht gekomen.
Hoe hoger de concentratie stuifmeel of pollen genaamd, hoe meer klachten. De meeste mensen zijn allergisch voor gras dat bloeit tussen mei en augustus, maar ook stuifmeel van de berk en de els kunnen voor problemen zorgen. Naar schatting heeft ongeveer 5% van de Nederlanders last van hooikoorts, ook wel pollinose genoemd. De stuifmeelproduktie vindt plaats op zonnige, droge en warme dagen voornamelijk in de ochtend. Op natte dagen met regen, mist of dauw is de hoeveelheid stuifmeel heel gering.
Het afgelopen jaar zijn er in Nederland 47 aardbevingen opgetreden. Daarvan waren er 40 geïnducee...
02 januari 2025 - NieuwsberichtMet een gemiddelde temperatuur van 11,8 °C was dit jaar opnieuw warm, net zoals vorig jaar. 2024 ...
31 december 2024 - NieuwsberichtVandaag is de nieuwste klimaatstreepjescode voor Nederland gepubliceerd, van 1901 tot en met 2024...
30 december 2024 - NieuwsberichtIn 2023 bereikte de wereldgemiddelde temperatuur een recordhoogte. Rekening houdend met alle beke...
18 december 2024 - Klimaatbericht