Het KNMI wil een inclusieve organisatie zijn. Een organisatie die ruimte biedt aan iedereen en die de kracht van de diversiteit van medewerkers gebruikt om samen betere resultaten te halen voor Nederland. Inclusief betekent dat iedereen zich betrokken en gewaardeerd voelt; niet ondanks, maar dankzij de verschillen. Het KNMI volgt daarom op het gebied van gender- en diversiteitsbeleid het strategisch personeelsbeleid van de Rijksoverheid.
Voor de periode 2020-2025 is diversiteit en inclusie één van de aandachtspunten binnen het strategisch personeelsbeleid van de Rijksoverheid, waarbij niet alleen gender en leeftijd centraal staan, maar ook andere groepen die minder vertegenwoordigd zijn in het personeelsbestand. Voor het goed functioneren van de overheid is de samenkomst van verschillende perspectieven, achtergronden, oriëntaties en kennis een belangrijke randvoorwaarde, omdat meer variatie in visies en oplossingen resulteert in meer creativiteit en innovatie, betere resultaten en beter beleid. Dit betekent dat werken in divers samengestelde teams en in een inclusieve organisatiecultuur moet worden bevorderd.
Het Rijk streeft binnen haar personeelsbestand naar een gelijkmatige verdeling over de verschillende leeftijdscategorieën en een evenwichtigere man/vrouw verhouding. Ook wordt er onder andere ingezet op het bevorderen van de in- en doorstroom van medewerkers met een niet-westerse migratie-achtergrond, zodat er ten opzichte van de werkende beroepsbevolking in Nederland een evenwichtigere verhouding ontstaat in het personeelsbestand van het Rijk.
Binnen het Rijk wordt waarde gehecht aan een inclusieve organisatiecultuur, waarin alle medewerkers actief betrokken en opgenomen worden in de groep. Waar zij zichzelf kunnen zijn, zich vrij voelen om hun mening te geven, zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen en waar zij zich in een veilige leeromgeving kunnen ontwikkelen. Een organisatiecultuur waarin uitsluiting, discriminatie, pesten en intimidatie niet worden getolereerd.