Door de klimaatopwarming krijgen we minder koude en meer warme dagen. Natuurlijk waren er vroeger ook warme dagen en zijn er ook nu koude dagen. Sterker nog, in de frequentieverdeling van de temperatuur blijft van de meeste dagen de temperatuur ongewijzigd. Zo bekeken is de opwarming het gevolg van een klein aantal dagen waarvoor de temperatuur sterk toeneemt van koud naar warm, terwijl de temperatuur van verreweg de meeste dagen gelijk blijft. Hoe zit dat?
Door de klimaatopwarming verandert de frequentieverdeling van de temperatuur. Figuur 1 toont de verdeling van de etmaalgemiddelde temperatuur in De Bilt voor de perioden 1960-1989 (zwart) en 1990-2019 (rood). De verdelingen geven aan hoeveel dagen iedere temperatuur, in stapjes van een graad, gemiddeld per jaar voorkomt. Het oppervlak onder de zwarte en onder de rode grafiek is 365, het aantal dagen in een jaar.
Grofweg verschuift de verdeling in de figuur naar rechts, naar hogere temperaturen. Vergeleken met de zwarte verdeling (1960-1989) komen in de rode verdeling (1990-2019) temperaturen onder de 6 graden minder vaak voor en temperaturen boven de 15 graden juist vaker; tussen de 6 en 15 graden is er geen duidelijk verschil tussen de twee verdelingen. Een dergelijk patroon is ook wat je verwacht als de verdeling naar rechts verschuift. De temperatuur gemiddeld over alle dagen van de zwarte en van de rode verdeling is respectievelijk 9,4 en 10,5 graden. Tussen 1960-1989 en 1990-2019 is de jaargemiddelde temperatuur in De Bilt dus gestegen met 1,1 graad. In de praktijk zullen de meeste dagen met ongeveer 1 graad opwarmen. Maar als er bijvoorbeeld 5 dagen opwarmen van 9 naar 10 graden en eveneens 5 dagen van 10 naar 11 graden, blijft het aantal dagen van 10 graden hetzelfde. Je kunt daarom de opwarming als volgt ook op een andere manier bekijken.
Tussen de twee verdelingen, en waar de zwarte boven de rode ligt (zwart gearceerd), bevinden zich 34 dagen per jaar. Dit zijn de relatief koude dagen die door de klimaatopwarming verdwijnen. De gemiddelde temperatuur van deze dagen is 4 graden. Aan de warme kant komen er door de klimaatopwarming evenzoveel dagen bij. Dit zijn de dagen waar de rode boven de zwarte ligt (rood gearceerd). De gemiddelde temperatuur van deze dagen is 16 graden. Voor 34 van de 365 dagen in de frequentieverdeling van de temperatuur, een kleine 10 procent, neemt de temperatuur dus sterk toe, met 12 graden, terwijl de temperatuur van de andere ruim 90 procent dagen niet verandert. Gemiddeld over alle dagen geeft dit de genoemde 1,1 graad opwarming tussen 1960-1989 en 1990-2019.
Zo bekeken is de opwarming dus het gevolg van een klein aantal dagen in de temperatuurverdeling waarvan de temperatuur sterk toeneemt, terwijl de temperatuur van verreweg de meeste dagen in de verdeling gelijk blijft. Let wel, er zijn dus geen individuele dagen die 12 graden opwarmen, de 12 graden is het verschil in temperatuur tussen de dagen die erbij zijn gekomen en de dagen die zijn verdwenen.
KNMI-klimaatbericht door Peter Siegmund
Ellen Verolme start 1 februari 2025 als directeur bij het Koninklijk Nederlands Meteorologisch In...
03 december 2024 - NieuwsberichtOp 30 november is het Atlantische orkaanseizoen officieel afgesloten. Dit jaar is het seizoen bij...
02 december 2024 - NieuwsberichtMet een gemiddelde temperatuur van 11,7 °C tegen een langjarig gemiddelde van 10,9 °C was de herf...
29 november 2024 - NieuwsberichtDe afgelopen tijd is Nederland in alle seizoenen opgewarmd. In de winter is de temperatuur in het...
27 november 2024 - Klimaatbericht