Juli 2000 somberste in tachtig jaar

Regen, lage temperaturen en vooral weinig zon hebben ervoor gezorgd dat de hoogzomerperiode voor het toerisme teleurstellend was. In De Bilt scheen de zon deze maand 123 uur tegen 187 normaal. Juli is sinds 1919, toen het KNMI 106 uur zon registreerde, niet zo somber geweest. De derde plaats van de somberste julimaanden van de 20e eeuw delen 1909 en 1956, beide met 127 uur zon. Eelde had met 97 uur de minste zonuren, een nieuw record in de meetreeks sinds 1906. In 1984 scheen de zon in Eelde in juli 98,2 uur. Vlissingen was het minst somber met 158 uur zon. Oorzaak van de weinige zon was een hardnekkige noordwestelijke stroming, waarmee voortdurend wolken vanaf de Noordzee naar ons land werden gevoerd. De noordwestelijke stroming hing samen met een hogedrukgebied bij de Britse Eilanden en Ierland, waar het weken achtereen warm en zonnig was.

De maandgemiddelde temperatuur in De Bilt was 15,5 graden tegen 16,8 normaal. Ook dat is opmerkelijk: sinds juni vorig jaar waren alle maanden warmer dan normaal. Bovendien zijn we de laatste jaren gewend geraakt aan warmte: juli was de laatste tien jaar met gemiddeld 18,0 graden veel warmer dan normaal. Sinds 1978 was juli niet zo koel geweest. Vooral overdag was het te koel: het gemiddelde maximum was 19,5 graden tegen 21,5 normaal. Op geen enkele dag werd de zomerse grens van 25 graden gehaald; sinds 1974 was een juli zonder zomerse dagen niet voorgekomen. Wel werd het op 14 dagen werd het warmer dan 20 graden tegen 18 warme dagen normaal. Maastricht noteerde op 2 juli met 26,6 graden de hoogste temperatuur van het land; Gilze-Rijen op 8 juli de laagste met 3,9 graden. Regen viel er in overvloed maar door het buiige karakter van de neerslag zijn de hoeveelheden grillig verdeeld. In De Bilt viel 98 mm tegen 75 mm normaal. Verspreid over het land lopen de hoeveelheden uiteen van 43 mm bij Den Helder tot 182 mm in Maastricht. Wolkbreuken zorgden op 4 en op 29 juli voor volle regenmeters. Op 29 juli viel in Soesterberg in enkele uren 48 mm.Ook elders in Europa was het weer van slag. Noordwest-Rusland kreeg te maken met een hittegolf en Kojnas dichtbij de poolcirkel zag de temperatuur elf dagen achtereen tot boven de 30 graden oplopen. Vooral het zuidoosten van Europa werd getroffen door hitte en droogte, waarbij in Griekenland temperaturen zijn gemeten van 45 graden. Ook in het zuiden van Italië, Spanje en Portugal werden herhaaldelijk temperaturen gemeten tussen 38 en 43 graden. Finland en vooral Zweden werden getroffen door zware regenval en overstromingen. Op een aantal plaatsen viel 200 tot 300 mm tegen ongeveer 80 mm normaal. De laatste jaren is het in Zweden steeds opmerkelijk nat geweest: in de 20e eeuw is de neerslag in Scandinavië plaatselijk met 20% toegenomen.