Juni 1998: natste juni van de eeuw

Gedurende de gehele maand was het weer zeer wisselvallig. Dit werd veroorzaakt door een continue reeks van lagedrukgebieden, die afwisselend subtropische en dan weer koele maritieme lucht aanvoerden. Op het scheidingsvlak van deze luchtsoorten ontstonden regelmatig actieve regenbuien, vaak vergezeld van onweer.

Vrijwel het gehele land heeft deze maand te maken gehad met enige vorm van overlast. Op dinsdag 2 juni trokken zware regen en onweersbuien over ons land. Plaatselijk kwam het in het midden en zuiden tot wateroverlast door de hevige regenval. In de omgeving van Dordrecht werden tientallen bomen ontworteld door hoogstwaarschijnlijk een windhoos. In Balkbrug (omgeving Dedemsvaart) werd een windhoos waargenomen. Op zaterdag 6 juni zorgde een noodweer in bijna het gehele land voor veel overlast. Hagelstenen van circa 7 cm veroorzaakten onder andere in Zeewolde, Harderwijk en Elburg aanzienlijke schade. Verder hadden veel plaatsen te kampen met wateroverlast veroorzaakt door zware regenval. Zo viel in Schinnen (Zuid-Limburg) in een uur circa 50 mm. Zo'n intensiteit komt maar eens in de 250 jaar voor. Door talrijke blikseminslagen bezorgde het onweer met name de spoorwegen veel hinder. De wind liet zich ook niet onbetuigd. Zeer zware windstoten velden talrijke bomen voornamelijk in de Achterhoek. In de omgeving van Hattemerbroek (nabij Zwolle) was er ook weer sprake van een windhoos. Was Noordwest-Nederland tot dan toe, vrijwel verschoond gebleven van enig noodweer, op donderdag 11 juni, kreeg met name Noord-Holland in de late middag en avond zoveel water te verwerken dat er op uitgebreide schaal sprake was van wateroverlast. Het KNMI-meetstation Hoorn mat op die dag 69 mm en dat grotendeels in slechts enkele uren.

Op zondag 21 juni kwam het in het zuidoosten van het land voor de tweede keer weer tot wateroverlast en als of nog niet genoeg was zorgde actieve buien donderdagmiddag 25 juni in het noorden en noordoosten van het land ook weer voor wateroverlast en schade door blikseminslagen. Tussen Ameland en Schiermonnikoog werd tijdens het noodweer zelfs een waterhoos waargenomen.

Door het buiige karakter werden landelijk grote verschillen in neerslag gemeten. De hoogste maandsom werd gemeten te Lelystad Vliegveld met 189 mm. De kleinste hoeveelheid werd gemeten in Stavoren met 92 mm. De Bilt ving in totaal deze maand 181 mm op , wat voor de De Bilt een ruime overschrijding van het oude eeuwrecord is. Dit stond op 155 mm, gemeten in juni 1991.

In De Bilt kwam de gemiddelde temperatuur uit op 15,8 C tegen 15,2 C normaal. Hierdoor was het deze maand aan de warme kant. De hoogste temperatuur, 29,7 °C, werd op 21 juni gemeten. De laagste temperatuur was er 3,7 °C in de ochtend van 13 juni. In totaal kwamen er 12 warme dagen (maximumtemperatuur tenminste 20,0 °C) voor tegen 13 dagen normaal en 3 zomerse dagen (maximumtemperatuur tenminste 25,0 °C) tegen normaal vier dagen.

Landelijk werd de hoogste temperatuur gemeten te Oost-Maarland met 33,0 °C op 21 juni: op 13 juni meldde Gilze Rijen met 2,1 °C de laagste temperatuur. Op 10 centimeter boven de grond werd er die dag een minimumtemperatuur van -2,3 °C geregistreerd.

Over het land genomen scheen de zon 160 uur tegen 196 uur normaal. Daarmee was deze maand somber te noemen . Het zonnigst was het op Terschelling met 182 zon-uren. Het somberst was het op de vliegbasis Twenthe met 137 uren. In De Bilt werden 150 uren zonneschijn gemeten, terwijl het langjarig gemiddelde 192 uren bedraagt. Er kwam één zonloze dag voor. Gemiddeld telt juni twee zonloze dagen.