Leerlingen van scholen door heel Nederland hebben meegeholpen met een onderzoek om de satellietmetingen van luchtvervuiling beter te kunnen interpreteren. Op tientallen plekken in de buitenlucht hebben de middelbare scholieren speciale meetbuisjes opgehangen. De waarnemingen zijn door het KNMI gebruikt om metingen van satellietinstrument Tropomi te vertalen naar concentraties van luchtvervuiling op de grond.
Satellietinstrument Tropomi meet overal op aarde de hoeveelheid stikstofdioxide (NO2). NO2 is een belangrijk luchtvervuilend gas dat uitgestoten wordt door bijvoorbeeld verkeer en industrie. Omdat Tropomi van ruim 800 kilometer hoogte meet, is het niet altijd duidelijk of hoge concentraties NO2 zich dicht bij de grond bevinden of juist in hogere luchtlagen.
"Leerlingen trokken eropuit om de buisjes op te hangen in hun omgeving waar zij dachten dat de lucht het vuilst of juist het schoonst zou zijn"
Tien scholen ontvingen elk tien meetbuisjes om NO2 te meten. KNMI-onderzoeker Bas Mijling: "Leerlingen trokken eropuit om de buisjes op te hangen in hun omgeving waar zij dachten dat de lucht het vuilst of juist het schoonst zou zijn. Alle buisjes hebben dertig dagen (half maart tot half april) gemeten, waarna ze naar het laboratorium zijn opgestuurd voor analyse."
In figuur 1 zijn de meetresultaten per school te zien, met in kleur de verwachting van de leerlingen vooraf. De schoonste plekken zijn gevonden in een achtertuin in Broek in Waterland, ten noorden van Amsterdam (door het Hyperion college) en in een landelijke omgeving in Ruurlo in de Gelderse Achterhoek (door Marianum). De hoogste waarden luchtvervuiling zijn gevonden direct naast Rondweg-Oost in het Utrechtse Veenendaal (door het Ichthus college) en naast de Zuidersluis in het Noord-Hollandse IJmuiden (door het Vellesan college). Doordat er veel regen in het voorjaar viel de meetcampagne in een relatief schone periode. Metingen van het landelijke meetnet luchtkwaliteit laten zien dat NO2 concentraties zo’n 30% lager waren dan het jaar ervoor.
“De vele regenwolken maken de vergelijking met satellietmetingen extra lastig, omdat Tropomi niet door de wolken heen kan meten. Toch is er een relatie te vinden tussen grondmetingen en satellietmetingen”, zegt Mijling. Dit is te zien in figuur 2. Hierbij zijn de buisjes met hoge metingen weggelaten, omdat deze vaak dicht bij een sterke bron gedaan zijn en niet representatief zijn voor het meetgebied van de satelliet. Voor extra data zijn ook metingen toegevoegd van stations van het landelijke meetnet. De zwarte lijn geeft de beste relatie weer tussen metingen op de grond en uit de ruimte.
Van noord naar zuid is er duidelijk een toename van vervuiling te zien
Dit kan vervolgens gebruikt worden om alle satellietmetingen te vertalen naar grondconcentraties. Hierdoor ontstaat er een kaartje voor gemiddelde NO2 concentraties in Nederland tijdens de meetcampagne (figuur 3). Mijling: "Het is wel van belang te realiseren door weersomstandigheden de NO2 waarden sterk kunnen wisselen van maand tot maand en van gebied tot gebied. Dat is een extra reden om de campagne vaker te herhalen."
Van noord naar zuid is er duidelijk een toename van vervuiling te zien. De schoonste gebieden (donkerblauw) zijn in Friesland en bij de Waddenzee. Goed te zien zijn de verhoogde concentraties in grote steden zoals Rotterdam, Den Haag, en Eindhoven. De hoogste concentraties (geel en oranje) worden gemeten in het Belgische Antwerpen (waar ook veel vervuiling door scheepvaart en industrie is) en in het Ruhrgebied in Duitsland.
Deze meetcampagne is georganiseerd door KNMI en GLOBE-Nederland en mede gefinancierd door het Schone Lucht Akkoord en Netherlands Space Office (NSO). Naast het KNMI gebruikt ook het RIVM de gegevens, voor het krijgen van een beter beeld van NO2 verspreiding in Nederland. De meetresultaten staan op Samen Meten, het dataportaal van het RIVM voor citizen science metingen van de leefomgeving.
"Met deze kennis kunnen satellietmetingen nuttiger toegepast worden, vooral voor plekken waar er weinig aan luchtvervuiling gemeten wordt"
"Het onderzoek zit er nog lang niet op", aldus Mijling. "We willen graag weten of de gevonden relatie verandert over het jaar. En of deze relatie ook geldt voor gebieden buiten Nederland. Met deze kennis kunnen satellietmetingen nuttiger toegepast worden, met name voor plekken en landen waar er weinig aan luchtvervuiling gemeten wordt." In oktober organiseert KNMI samen met GLOBE een tweede campagne. Geïnteresseerde middelbare scholen kunnen zich aanmelden bij GLOBE-Nederland.
In het Limburgse Horst is een nieuw automatisch weerstation geïnstalleerd door het KNMI. De verwa...
20 november 2024 - Nieuwsbericht2024 wordt vrijwel zeker het warmste jaar ooit gemeten. Waar we vorig jaar nog net onder de 1,5 g...
19 november 2024 - KlimaatberichtIn slechts tien dagen tijd hebben vier tyfoons de Filipijnen getroffen. Dit is een unieke gebeurt...
19 november 2024 - NieuwsberichtDe herfst is in volle gang: de dagen worden snel korter en de bladeren vallen van de bomen. De te...
13 november 2024 - Klimaatbericht