Maart was koud en zonnig

Maart was koud al eindigde de maand door het zachtere weer van de laatste dagen niet bij de koudste. Bovendien was het zonnig maar in een groot deel van het land ook nat. Alleen het zuidwesten en noordwesten kregen minder neerslag.

Meest opvallend was echter het aanhoudend koude weer. Herhaaldelijk vroor het en maart heeft zelfs de laagste temperaturen opgeleverd van de hele winter! In de nacht van 3 op 4 maart registreerde Heino met -11,8 graden de laagste temperatuur. Op 12 maart noteerde Twente met -10,2 graden nogmaals strenge vorst. Dit minimum hoort bij de laagste zo laat in het seizoen. De zon scheen veel meer dan normaal in maart, vooral aan de kust was het zonnig. Terschelling registeerde zelfs 175 uur zon.

Het weer leidde ook tot overlast. Vooral de eerste drie dagen van de maand ondervond het verkeer hinder van gladheid. Hevige sneeuwbuien lieten in een strook van de Flevoploders naar Overijssel 10 tot 25 cm sneeuw achter. Op de 27e trokken actieve onweersbuien over ons land waarbij schade werd aangericht door hagel en windstoten. Het onweerde flink met in een gebied van 50 bij 50 vierkante kilometer een maximale intensiteit van 203 ontladingen per 5 minuten. 

Het onweer trok in activiteit toenemend naar Duitsland. In Hamburg ontwikkelde zich zelfs een windhoos. In de eerste helft van de maand had Europa nog te maken met bar winterweer. Op 13 maart noteerde Hamburg met -15,3 graden een kouderecord. Een actieve storing die iets ten zuiden van ons land langs trok veroorzaakte zware sneeuwval en storm in delen van Frankrijk, België, Duitsland en Zwitserland. Plaatselijk viel op 5 maart 50 tot 60 cm , hoeveelheden die op één dag zelden worden gemeten. Het late winterweer leverde grote tegenstellingen op: in Scandinavië vroor het half maart nog 35 graden, terwijl het zuiden van Spanje een zomerse 28 graden meldde.