Sinds de tweede helft van de vorige eeuw is het aantal warme nachten verdrievoudigd. Het aantal warme nachten per jaar is het grootst in het zuiden van het land en in de buurt van de zee. Een warme nacht is een nacht met een hoge minimumtemperatuur. Meestal wordt hiervoor de minimum etmaaltemperatuur gebruikt, maar het aantal warme nachten met een hoge minimum nachttemperatuur is veel groter.
We kijken hier naar minimum etmaaltemperaturen (tussen 0 en 24 UTC, oftewel in de zomer 2 uur ’s nachts) van minstens 18 graden, zoals toegepast in waarschuwingen door het KNMI voor extreme hitte, en minstens 20 graden, ook wel tropische nachten genoemd. Het etmaal bevat echter delen van twee opeenvolgende nachten, daarom kijken we ook naar de minimum nachttemperatuur tussen 18 en 6 UTC, dus gedurende een enkele volledige nacht.
Figuur 1 toont het aantal warme nachten per jaar voor vijf stations verspreid over Nederland in de periode 2001-2019, met minimumtemperaturen van 18 (blauw) en 20 graden (rood), zowel voor de minimum etmaaltemperatuur (gestippelde staven) als de minimum nachttemperatuur (gevulde staven). Het aantal warme nachten is het grootst in Vlissingen en het kleinst in Eelde. In het algemeen is het aantal warme nachten groter naarmate de locatie zuidelijker en dichter bij zee ligt. Je ziet hier de dempende werking van de zee op temperatuurschommelingen.
Het aantal warme nachten volgens de minimum nachttemperatuur is 50 tot meer dan 100 procent groter dan dat volgens de minimum etmaaltemperatuur. Dat is begrijpelijk, want een hoge minimum etmaaltemperatuur vereist dat twee opeenvolgende nachten beide warm zijn, terwijl voor een hoge minimum nachttemperatuur slechts één nacht warm hoeft te zijn. Het aantal warme nachten bij een minimumtemperatuur van minstens 20 graden is uiteraard (veel) kleiner dan bij minstens 18 graden.
Het aantal warme nachten per jaar is in de periode 2001-2019 veel groter dan in de periode 1951-2000 (figuur 2). Minimum temperaturen van 18 graden of meer komen deze eeuw ongeveer drie keer zo vaak voor als in de tweede helft van de vorige eeuw. In Vlissingen, bijvoorbeeld, was in 1951-2000 de minimum nachttemperatuur gemiddeld vier keer per jaar 18 graden of meer, terwijl dat deze eeuw gemiddeld dertien keer per jaar het geval was. De relatieve toename in het aantal tropische nachten, met minimumtemperaturen van 20 graden of meer, is zelfs nog groter. Eerdere klimaatberichten als Koud wordt steeds minder koud en Broeikaseffect verkleint verschil dag en nacht lieten al zien dat de nacht sneller opwarmt dan de dag.
KNMI-klimaatbericht door Peter Siegmund
In 2023 bereikte de wereldgemiddelde temperatuur een recordhoogte. Rekening houdend met alle beke...
18 december 2024 - KlimaatberichtDecember is de donkerste maand van het jaar, met de laagste zonnestand en de kortste dagen. De ho...
13 december 2024 - KlimaatberichtVandaag is het de dag van de mensenrechten. Het recht op leven, gezondheid, eigendom en wonen sta...
10 december 2024 - KlimaatberichtKNMI klimaatgedicht 2024
05 december 2024 - Klimaatbericht