Een ijsdag is een dag waarop het de hele dag blijft vriezen. Ook de hoogste temperatuur van het hele etmaal ligt op een ijsdag dus onder nul.
Vrijwel elke winter telt een aantal ijsdagen. De Bilt beleefde in de afgelopen in de periode 1901-2020 maar 10 winters zonder ijsdagen
Normaal (gemiddeld over 1991 tot 2020) telt het KNMI in De Bilt in december 2 ijsdagen, 3 in januari en 2 in februari. In november of maart komen weinig ijsdagen voor en blijft het alleen bij hoge uitzondering de hele dag vriezen. Een doorsneewinter levert zo'n 6 ijsdagen op.
In strenge winters blijft het soms weken achtereen zonder onderbreking vriezen. Zo telde de winter van 1947 in drie maanden 46 ijsdagen, in de winter van 1963 kwam De Bilt tot 42 ijsdagen en in 1940 bleef het op 41 dagen de hele dag vriezen.
In het noorden en oosten is het aantal ijsdagen doorgaans groter. Zo leverde de winter van 1963 in Eelde 55 ijsdagen op en die van 1947 had daar 51 ijsdagen. Het landelijk record staat op naam van weerstation Ternaard waar de winter van 1963 in totaal 61 ijsdagen opleverde.
De winter van 1947 kende de langste periode met ononderbroken vorst: in De Bilt bleef de temperatuur tussen 4 en 24 februari elke dag onder nul, dat zijn 21 ijsdagen op rij. In Eelde begon die lange vorstperiode al op 22 januari 1947 en werden 34 ijsdagen geteld.