Het elke september terugkerende Antarctisch ozongat is dit jaar extreem diep. De dikte van de ozonlaag was eind september lokaal slechts 100 Dobson Eenheden (DU). Dat is ongeveer de helft van de normale dikte rond 1980, en een derde van de dikte rond 1960. Nu, eind oktober, is de ozonlaag op sommige plaatsen nog altijd maar rond de 100 DU dik, wat vrij uniek is. Toch is dit niet strijdig met het begin van herstel van de ozonlaag.
In 2018 meldden wetenschappers dat het de goede kant op gaat met het ozongat. De hoeveelheid ozonafbrekende stoffen in de atmosfeer neemt al af sinds het eind van de jaren negentig van de vorige eeuw. En de eerste tekenen van herstel van het ozongat zijn duidelijk zichtbaar. Maar pas naar verwachting rond 2070 is het ozongat terug op het niveau van rond 1980.
Het ozongat boven de Zuidpool ontstaat elk jaar in september aan het begin van de lente. Onder invloed van terugkerend zonlicht wordt het ozon tussen 15-25 kilometer hoogte snel afgebroken. Binnen een maand kan zo wel de helft van de ozon verdwijnen. Dit gebeurt elk jaar boven de Zuidpool, en soms ook boven de Noordpool, zoals in 2019.
Tegelijkertijd varieert ozonafbraak sterk van jaar tot jaar. In 2019 was de ozonafbraak zeer beperkt omdat er voortdurend ozonrijke (sub)tropische lucht naar de Zuidpool stroomde. Bovendien was deze lucht relatief warm, wat ongunstig is voor ozonafbraak.
Dit jaar is het tegenovergestelde gebeurd. Er was vrijwel geen transport van ozonrijke lucht vanuit de (sub)tropen richting de Zuidpool en het was er kouder dan gemiddeld, waardoor de ozonlaag er begin oktober zeldzaam dun was.
Waarom er zoveel verschil kan zijn tussen het ene en het andere jaar wordt overigens nog altijd slecht begrepen.
De ozonafbraak in het ozongat wordt door twee factoren bepaald: de hoeveelheid ozonafbrekende stoffen, en hoe lang de temperatuur laag genoeg blijft voor ozonafbraak. Hoewel anno 2020 de hoeveelheid ozonafbrekende stoffen al zo’n 20 procent lager is dan in het jaar 2000, betekent dat niet dat de jaarlijkse ozonafbraak boven de Zuidpool gestopt is. De afbraak gaat wel trager dan in 2000. Dat volgt ook uit de tijdreeks van de ozonafbraak halverwege september (figuur 1). Deze was in 2020 ongeveer de helft van die rond het jaar 2000.
Maar hoe diep het ozongat uiteindelijk wordt, hangt niet alleen af van de hoeveelheid ozonafbrekende stoffen. Menging met ozonrijke (sub)tropische lucht en hoe lang ozonafbraak door kan gaan is eveneens belangrijk. Die twee hangen bovendien ook nog samen. Omdat er in 2020 weinig transport van warme ozonrijke lucht was, heeft de ozonafbraak erg lang door kunnen gaan. Het gevolg is dat in oktober de ozonlaag boven de Zuidpool alsnog erg dun is geworden, ondanks tragere afbraak (figuur 2).
De afgelopen jaren zijn diverse artikelen verschenen die pleiten om voor het herstel van de ozonlaag niet meer naar de uiteindelijke omvang en diepte van het ozongat te kijken, maar naar het ozongat in de eerste helft van september. Daarnaast concludeerden Duitse onderzoekers in 2018 dat onder ongunstige omstandigheden, zoals nu in 2020, extreme ozonafbraak zelfs bij veel minder ozonafbrekende stoffen nog steeds plaats kan vinden, en dat waarschijnlijk pas over 30 jaar extreem grote ozonafbraak niet meer voorkomt.
KNMI-klimaatbericht door Jos de Laat
In 2023 bereikte de wereldgemiddelde temperatuur een recordhoogte. Rekening houdend met alle beke...
18 december 2024 - KlimaatberichtDecember is de donkerste maand van het jaar, met de laagste zonnestand en de kortste dagen. De ho...
13 december 2024 - KlimaatberichtVandaag is het de dag van de mensenrechten. Het recht op leven, gezondheid, eigendom en wonen sta...
10 december 2024 - KlimaatberichtKNMI klimaatgedicht 2024
05 december 2024 - Klimaatbericht