Over de drie wintermaanden december 1962 en januari en februari 1963 had De Bilt een gemiddelde temperatuur van -3,1 graden (+2,6 graden is normaal). De winter van 1963 kondigde zich al in november aan. Op 16 november ging West-Europa gebukt onder sneeuwstormen en ook bij ons viel sneeuw. De temperatuur zakte die maand tot -8 graden en op 5 december vroor het in Zeeland 12 graden.
De winter kwam echter pas op 19 december goed op gang. In de loop van december domineert boven Midden-Europa hoge luchtdruk en bereikt erg koude lucht ook onze streken. Hogedrukgebieden blijven de toon aangeven op de weerkaart. Op 23 december 1962 noteert De Bilt zelfs een luchtdruk van 1048 hPa. Boven Zuid-Europa domineren lagedrukgebieden waardoor de wind in een groot deel van Europa alsmaar in de oosthoek zit en koude lucht wordt aangevoerd.
Op veel plaatsen vroor het bijna drie maanden achtereen elke dag. Het noordoosten lag al die tijd onder sneeuw. De Bilt had vanaf 22 december een serie van 13 ijsdagen. Het IJsselmeer was vóór Kerst dichtgevroren. Tijdens de jaarwisseling waren er zware sneeuwstormen met huizenhoge sneeuwhozen. In het hele land raken dorpen geïsoleerd en veel noord-zuid verbindingen worden bedolven onder dikke lagen stuifsneeuw tot duinen van 2 tot 3 meter hoogte.
Januari 1963 was met gemiddeld -5,3 graden uitzonderlijk koud. Het noorden noteerde die maand 25 ijsdagen en in Eelde vroor het op 17 dagen meer dan 10 graden. Een dooi-aanval begin januari ontaardde in veel sneeuw en ijzel, maar de vorst gaf zich niet gewonnen. Halverwege januari viel er opnieuw veel sneeuw die door de wind ging stuiven. Inmiddels lagen er ijsbergen in de Waddenzee en op de Gouwzee stonden auto's geparkeerd.
Met -3,4 graden was ook februari zeer koud. De ene na de andere dooi-aanval mislukte en medio februari waren er opnieuw sneeuwjachten. Daarna volgden dagen waarop het 's ochtends 10 tot 20 graden vroor. In Eelde kwam de temperatuur op 11 dagen onder -10 graden met -19,2 graden als minimum op de 25e. Die dag was er een autotourtocht over het IJsselmeer.
In het noorden bleef het in februari op 20 tot 26 dagen de hele dag vriezen. De eerste dagen van maart vroor het 10 tot 16 graden, maar op 5 maart 1963 kwam uiteindelijk toch een einde aan de winter van de twintigste eeuw.
Op 18 januari 1963 daalde de temperatuur in Joure tot min 21 graden en juist die dag werd de Elfstedentocht gereden. 's Middags was het minder koud maar door de bij vlagen stormachtige wind maakte dat voor de schaatsers weinig uit.
De gevoelstemperatuur daalde zelfs en lag in de middag tegen de -20 graden. Slechts 1 procent van de deelnemers bereikte de finish. De dag daarop was het nog erger. In het noorden woedde een oosterstorm bij 10 tot 13 graden vorst en stuifsneeuw. Veel wegen waren onbegaanbaar.
In onderstaande tabel wordt per uur aangegeven uit welke windrichting (in graden, 270 is west) en met welke windsnelheid (in meters per seconde) de koude lucht werd aangevoerd. Uit de combinatie van windsnelheid en luchttemperatuur is hiermee de gevoelstemperatuur volgens de JAG/TI-methode berekend voor Leeuwarden. (©KNMI/Geert Groen)
Uur | Richting | Snelheid (m/s) | Temperatuur | Windchill |
---|---|---|---|---|
1 | 240 | 0,5 | -13,9 | -14,1 |
2 | 230 | 0,5 | -16,2 | -16,5 |
3 | 260 | 0,5 | -16,4 | -16,7 |
4 | 260 | 0,5 | -15,5 | -15,8 |
5 | 280 | 0,5 | -16 | -16,3 |
6 | 280 | 0,5 | -15,7 | -16,0 |
7 | 270 | 0,5 | -15,2 | -15,4 |
8 | 300 | 3,6 | -9,6 | -15,7 |
9 | 60 | 4,6 | -4,1 | -9,8 |
10 | 60 | 6,7 | -4,4 | -11,4 |
11 | 70 | 8,7 | -6 | -14,5 |
12 | 60 | 6,7 | -6,3 | -13,9 |
13 | 70 | 8,7 | -5,5 | -13,8 |
14 | 70 | 8,7 | -5,2 | -13,4 |
15 | 70 | 7,7 | -6,1 | -14,1 |
16 | 70 | 9,3 | -6,5 | -15,4 |
17 | 70 | 6,7 | -7,2 | -15,0 |
18 | 70 | 11,3 | -6,9 | -16,7 |
19 | 70 | 8,7 | -8 | -17,1 |
20 | 80 | 6,7 | -7,1 | -14,9 |
21 | 70 | 8,2 | -8,2 | -17,1 |
22 | 70 | 6,7 | -9 | -17,3 |
23 | 70 | 6,7 | -9,9 | -18,5 |
24 | 70 | 5,7 | -10,7 | -18,8 |