Besneeuwde alpentoppen
©Anika Hoekstra

Deze zomer mogelijk geen dramatische afsmelt van Alpengletsjers

10 juli 2024

Tijdens de warme zomer en herfst van de afgelopen twee jaar zijn de Alpengletsjers sterk gesmolten. De afgelopen winter is zacht en wisselvallig verlopen. De gletsjers zijn daardoor aan het begin van de zomer met een meer dan gemiddeld dik pak sneeuw bedekt. Of dit genoeg bescherming biedt tegen het afsmelten dit jaar, moet nog blijken. Sinds 2001 is 37 procent van het Zwitserse gletsjerijs verdwenen.

Veel neerslag en op een na warmste winter ooit 

De Alpenwinter van 2023-2024 is de tweede warmste na die van 2006-2007. Februari verliep recordwarm met 5,1 °C boven het langjarig gemiddelde van 1991-2020. De winter werd, net als in Nederland, gekenmerkt door een aanvoer van Atlantische lagedrukgebieden die veel neerslag brachten. Plaatselijk viel er tot drie keer zoveel neerslag als gemiddeld (afbeelding 1). Ook werd zachte lucht aangevoerd vanuit zuidwestelijke richting. De nationale weerdiensten van Duitsland, Zwitserland en Oostenrijk hebben het weer van de afgelopen winter samengevat in een rapport wat twee keer per jaar uitkomt, het Alpenklimaat winter 2023-2024

Veel sneeuw smolt ook weer weg 

De buitengewoon grote hoeveelheid neerslag heeft alleen in de Alpengebieden boven 2500 meter geleid tot bovengemiddelde sneeuwdiktes (afbeelding 1 rechtsonder en afbeelding 2). Dit is een direct gevolg van de zachte winter. Op veel Zwitserse meetstations zijn bijvoorbeeld in begin december top vijf dagrecords gehaald met een sneeuwdump van 50 tot 70 cm. De vreugde was echter van korte duur omdat een paar dagen later het nulgradenniveau (de sneeuwvalgrens) alweer op 2200 meter lag, de sneeuw smolt en de overvloedige regen de sneeuw deels wegspoelde. Eind december lag er dan ook 90 procent minder sneeuw op 1000 meter dan gemiddeld over 1991-2020. 

Kaartjes met in kleur de neerslagsom en de gemiddelde sneeuwhoogte in de Alpen in het winterhalfjaar 2023-2024.
Afbeelding 1. (links) Neerslagsom (millimeter) en gemiddelde sneeuwhoogte (centimeter) in de Alpen in het winterhalfjaar 2023-2024 en (rechts) hetzelfde maar als afwijking van het gemiddelde over 1991-2020, . Wit is gemiddeld = 100%, groen is boven gemiddeld en bruin beneden gemiddeld. Bron: Alpenklima – Winterbulletin 2023-2024.
Afbeelding 2. Gemiddelde sneeuwhoogte (centimeter) op 5 meetstations boven 2500 m, gemiddeld over 31 dagen. De rode lijn is de winter 2023-2024, de andere kleuren 10-jaar gemiddeldes sinds 1991. De grijze achtergrond geeft de minimale en maximale sneeuwhoogte tussen 1991 en 2022. Te zien is dat in de zomer van 2023 alle sneeuw is weggesmolten en daarna een natte winter volgde. Bron: Alpenklima – Winterbulletin 2023-2024.
Staafdiagram met het jaarlijks verlies van ijsvolume van de Zwitserse gletsjers tussen 2001 en 2023 in procenten ten opzichte van het jaar ervoor. 2022 was een recordjaar met 6% verlies. 2023 komt op de tweede plaats met 4,4%.
Afbeelding 3. Jaarlijks verlies van ijsvolume van de Zwitserse gletsjers ten opzichte van het ijsvolume van het jaar ervoor. 2022 was een recordjaar met 6% verlies. 2023 komt op de tweede plaats met 4,4%. Bron GLAMOS/ SCNAT.

Begin april werd in Oostenrijk ongeveer zes weken eerder dan gemiddeld de eerste hittedag gehaald (meer dan 30 °C). De temperatuur lag 10-15 °C boven het gemiddelde. In de derde week van april werd dit weer gecompenseerd door een koude uitbraak en viel er plaatselijk tot 45 cm sneeuw. De maanden mei en juni waren grotendeels ook (plaatselijk zeer) nat en bovengemiddeld warm in Oostenrijk en Zwitserland. Op 3 juni is waarschijnlijk het kantelpunt van het seizoen bereikt, vanaf die dag smelt er meer sneeuw dan erbij komt. Het is de vraag of de sneeuw in de hogere regionen de zomer overleeft. 

De zachte winter veroorzaakte ook een recordvroege (sinds 80 jaar registratie) bloei van onder andere appel en peer bloesems. De koude uitbraak in april zorgde vervolgens voor veel vorstschade in de wijn- en fruitsector.  

Alpengletsjers afgelopen twee jaar evenveel gesmolten als tussen 1960-1990 

Een sneeuwrijk einde van de lente geeft helaas geen garantie op een zomer en herfst met weinig afsmelt van de gletsjers. In 2023 begonnen de Oostenrijkse gletsjers in de Hohe Tauern de zomer met een goede beschermlaag door sneeuwval in de lente, maar door de bovengemiddeld warme zomer en herfst komt 2023 op de tweede plaats, na 2022, met hoogste massaverlies. De Zwitserse gletsjers zijn de afgelopen twee jaar 10 procent gesmolten (afbeelding 3), een hoeveelheid die vergelijkbaar is met het ijsverlies in dertig jaar tijd tussen 1960-1990. De winter van 2023-2024 heeft 30 procent meer sneeuw dan gemiddeld op de gletsjers gebracht en dit geeft voorzichtige hoop op een rustpauze voor de gletsjers deze zomer. De Zwitserse gletsjerwerkgroep GLAMOS merkt op dat de goede sneeuwbedekking van de winter 2023-2024 ook een keerzijde heeft: de bodemwarmte van de zomer van 2023 zit opgeslagen onder het isolerende sneeuwdek en warmt de permafrostlagen nog maandenlang op

KNMI-klimaatbericht door Anika Hoekstra 

Recente nieuws- en klimaatberichten

  1. Nieuw automatisch weerstation in Horst

    In het Limburgse Horst is een nieuw automatisch weerstation geïnstalleerd door het KNMI. De verwa...

    20 november 2024 - Nieuwsbericht
  2. Hoe dicht zitten we al bij 1,5 graden opwarming?

    2024 wordt vrijwel zeker het warmste jaar ooit gemeten. Waar we vorig jaar nog net onder de 1,5 g...

    19 november 2024 - Klimaatbericht
  3. Vier tyfoons raken de Filipijnen in korte tijd

    In slechts tien dagen tijd hebben vier tyfoons de Filipijnen getroffen. Dit is een unieke gebeurt...

    19 november 2024 - Nieuwsbericht
  4. Herfst schuift op in een veranderend klimaat

    De herfst is in volle gang: de dagen worden snel korter en de bladeren vallen van de bomen. De te...

    13 november 2024 - Klimaatbericht
Toon alle nieuws- en klimaatberichten