Vorige zomer was in Europa de warmste sinds 1950, het begin van de metingen. De zomer van 2021 was 1,0 °C boven het langjarige gemiddelde. De lente was relatief het koelste seizoen en 0,4 tot 0,5 °C beneden de normaal van 1991-2020. In de jaren 1980-2010 was dit overigens een normale lente geweest. Dit blijkt uit de 'Staat van het klimaat 2021' van het Europese aardobservatieprogramma Copernicus.
De gemiddelde jaarlijkse temperatuur in Europa vertoont een grilliger beeld dan die van de hele wereld. De meeste opwarming vindt pas plaats vanaf de jaren negentig. De temperatuur van heel 2021 in Europa valt buiten de top 10 warmste jaren sinds 1950 (figuur 1). Terwijl de wereldtemperatuur van 2021 juist tot de zeven opeenvolgende warmste jaren behoort. Desalniettemin was de zomer van 2021 recordwarm en 1,0 °C boven het Europese langjarig gemiddelde van 1991-2020. In Nederland was juni zelfs 2,0 °C warmer maar juli en augustus waren beneden normaal. Een voorlopig nieuw Europees temperatuurrecord werd gemeten op Sicilië met 48,8 °C, voorheen was dit 48,0 °C (Athene, 1977). Het record wordt definitief vastgesteld zodra de meting officieel gecontroleerd is.
De lente verliep in Europa 0,4-0,5 °C beneden de normaal van 1991-2020. In de jaren 1980-2010 was dit overigens een normale lente geweest. In Nederland verliep de lente 1,8 °C beneden normaal. In Midden-Europa ontstond grootschalige schade aan gewassen door de ‘strenge’ vorst in april na een zeer milde maart.
Er is sinds 1950, het begin van de metingen, geen verandering waarneembaar in totale jaarlijkse neerslaghoeveelheid gemiddeld over Europa. 2021 is ook rond normaal verlopen. Wel waren er regionale uitschieters met bovengemiddelde neerslag in West-Europa, in de Balkan en rond de Zwarte Zee. Copernicus besteedt extra aandacht aan de extreme neerslag in juli en de overstromingen daarna in Duitsland en de Benelux. Figuur 2 bevat een overzicht van de belangrijkste fenomenen in 2021. Daarin wordt ook melding gemaakt van het warme zeewater (5 °C boven normaal) in de Oostzee, dit heeft waarschijnlijk ook invloed gehad op de extreme neerslag door aanvoer van meer vocht.
Het bodemvocht (in de bovenste 1 cm van de grond) neemt in Europa gemiddeld af sinds het begin van de metingen in 1979. Het jaar 2021 is in Europa rond normaal verlopen. West-Europa had een bovennormaal vochtige bodem, de extreme neerslag op 13 en 14 juli zakte hierdoor nauwelijks meer de grond in. In het zuidenwesten van de Balkan en Italië was in de zomer de bovenste 10-100 cm van de bodem droger dan normaal, dit in combinatie met een hittegolf. Daar was op ongeveer 10% van het landoppervlak de droogte het ergst in 100 jaar. In 2021 is in het Middellandse Zeegebied een groot oppervlak (figuur 3) verloren gegaan aan natuurbranden, vooral in Griekenland en Turkije.
In het Limburgse Horst is een nieuw automatisch weerstation geïnstalleerd door het KNMI. De verwa...
20 november 2024 - Nieuwsbericht2024 wordt vrijwel zeker het warmste jaar ooit gemeten. Waar we vorig jaar nog net onder de 1,5 g...
19 november 2024 - KlimaatberichtIn slechts tien dagen tijd hebben vier tyfoons de Filipijnen getroffen. Dit is een unieke gebeurt...
19 november 2024 - NieuwsberichtDe herfst is in volle gang: de dagen worden snel korter en de bladeren vallen van de bomen. De te...
13 november 2024 - Klimaatbericht